websitetemplate.org - australiana
Wie ben ik ? > Reizen > Reisverslagen 2001 > Hongarije (augustus)
 
 

Hongarije (augustus)

Hongarije

Kostprijs : 65.000 BEF voor alles (huur huisje, vervoer en verteer)

Reis twee volwassenen en drie kinderen met de auto

Vrijdag 3 augustus 2001

Om zeven uur 's morgens begonnen we aan onze verre reis, goed geladen.
De passagiers van het vrouwelijke geslacht hadden elk een Touristil genomen om niet wagenziek te wor-den en het hielp. Ze konden lezen, kruiswoorden en waren dus de hele tijd erg rustig. Om de paar uur stop-ten we eens om iets te drinken, te eten of te plassen (logisch gevolg van het eerste). De meegebrachte pick-nick nuttigden we ergens langs de autostrade in Duitsland.

Na een dagje goed doorrijden met alleen een verschrikkelijke onweer ergens in Duitsland (50 km/uur) tikte de kilometerteller 950 km aan toen we rond halfzes in Passau (net voor Oostenrijk) arriveerden. We hadden verwacht daar slaapmogelijkheden genoeg vinden maar dat was viel tegen. We moesten het een paar keer vragen om uiteindelijk in een dorpje 12 km van het centrum te belanden. In Pension Ambros hadden we een harde discussie over de kamers (ze hadden er een van 2 bedden maar ook een van vier en wilden 6 bedden aanrekenen. Niet met den dezen. We deden alsof we weer weggingen en konden uit-eindelijk toch blijven voor 5 maal 36 DM per bed (ontbijt inbegrepen).
We laadden onze auto uit, verfristen ons maar konden niet meer eten in ons hotel. Ze raadden ons Gasthaus Fuchs aan. We waren het op weg naar hierboven gepasseerd. Daar zouden we warm kunnen eten…

Toen we daar aankwamen stak er een verschrikkelijk onweer op en viel de elektriciteit uit. Met behulp van kaarslicht konden we wel de menu's lezen maar er niets meer van bestellen omdat er geen elektriciteit was om te koken. Verschillende soorten salades konden ze wel maken: Wurstsalat, Wurstsalat mit käse en nog een tweetal andere salades. We bestelden allemaal Wurstsalat mit Käse maar een paar minuten later hadden we weer licht en konden we krijgen wat we wilden (3 schnitzels, Kasslerrib en Hirschengou-lash. Met de drank erbij lagen we aan 78 DM.

De stop is me een beetje tegengevallen omdat ik vermoed had iets vroeger te kunnen stoppen in Passau en nog voldoende tijd over te hebben om het stadje te voet te verkennen, op het gemak iets uit te zoeken om te eten en er een rustige avond van te maken. De tussenstop kostte ons zo'n dan 5300 BEF.

Zaterdag 4 augustus 2001

Weeral om 7 uur op omdat we nog zo'n 500-600 kilometer voor de boeg hebben.
Om acht uur waren we gewassen en gekleed en konden we genieten van een uitgebreid ontbijt met brood-jes, kaas, salami, confituur besprenkeld met koffie, thee of cacaomelk.
Tegen de klok van negenen hadden we weer de auto ingeladen en vertrokken we via Oostenrijk naar Hon-garije.

Nogal vlug bereikten we de Duits-Oostenrijkse grens, betaalden 17 DM voor een autowegenvignet van één week en konden weer een paar honderd kilometer doorrijden. De formaliteiten aan de Hongaarse grens verliepen ook vlot maar bij het begin van de autostrade stonden overal borden met 'Matrica Vignete'. Weeral een vignet. Ik had er niets over gelezen in geen enkele reisgids (later bleek dat pas sinds 01/01/01 deze maatregel in voege werd gesteld).

Ik had niet verwacht voor die schamele 48 km autostrade in Hongarije controle te krijgen maar het duurde nog geen vijf kilometer voor we prijs hadden. Eventjes paniek en vlug de afrit genomen maar dat hielp niet.
Ik was me van zogezegd van geen onheil bewust slim en vroeg vriendelijk aan de man aan het loket waar ik zo'n vignet kon kopen: Hij deed niet moeilijk, deed me 1400 forint betalen (of 12 DM) en liet me zonder verdere problemen doorrijden. Ondertussen was ik wel van de autostrade af en moest ik mijn weg zoeken tot aan Györ. Daar vonden we direct de weg naar het Balatonmeer dat als een fata morgana aan onze ogen verscheen. Eindelijk. Toch zou het nog bijna twee uur duren voor we vonden waar we moesten zijn.
In Balatonalmadi vroegen we in een toeristenbureau de weg en wisselden we een paar honderd DM.
We hadden dan nog bijna twee uur voor de boeg omdat er geen einde leek te komen aan dat meer. In Balatonfenyves slaakten we een kreet van opluchting maar het duurde nog een kwartier tot we in de wirwar van straatje de Kozip Utca nr. 255 onze vonden. De eigenaars zaten ons op te wachten (hoe lang al?) en lie-ten me in het Hongaars de rest van de huur betalen met ook nog 38 DM verblijfstaks. In gebarentaal legden ze de werking van tv, muziek, boiler enz.. uit en lieten ons dan alleen.

Balatonmeer : de vakantie kon eindelijk beginnen.
Het was ondertussen bijna zeven uur en we konden op verkenning gaan in en rond het huis. Dan uitladen en boodschappen doen. Een ABC (klein supermarktje, in heel Hongarije gekend) op tien minuten stappen. Thuis lekkere macaroni met kaas en hesp gegeten.
Nog vlug eens gaan zwemmen om al het zweet van de weg af te spoelen. Het modderige meer werd al donker en was niet al te warm en heel winderig.

Tamelijk vroeg gaan slapen, we waren allemaal en wilden morgen fit zijn.
1518 kilometer gebold

ons huis voor deze week

Zondag 5 augustus 2001

's Morgens begon ik aan mijn ochtendritueel: pistolets gaan kopen in de ABC (een halfuurtje heen en terug), koffie zetten en de ontbijttafel dekken. Tegen dan was iedereen ongeveer op en na het uitgebreide toilet gingen we zwemmen in het meer.

Vandaag was het redelijk fris en er was teveel wind zodat we niet al te lang in het water konden blijven. Thuis nuttigden we onze picknick, deed ik mijn siësta en maakten we ons klaar om naar het stadje Balatonfenyves te rijden. We verkenden de winkeltjes, wandelden op de dijk maar waagden ons niet tussen de drukke mensenmassa in het water.
We deden nog wat inkopen in het grootwarenhuis daar en gingen weer naar huis.

Ik had al opgemerkt wat bijna iedereen daar meehad om de waterpret te verhogen en wat wij dus niet meehadden. Ik ging op weg met Pieter-Jan om een luchtmatras te kopen. In de eerste winkel die we aandeden konden we een koopje doen (voor een derde van de prijs hadden we een mooi exemplaar) zodat ik ter plaatste besliste er nog twee te kopen. Elk de zijne, dat is het leukst
We werden heel enthousiast onthaald door de meisjes en reden na ons avondeten (omelet met kaas aten) terug naar Balatonfenyves om de matrassen uit te testen. Wij hadden de truien vergeten zodat ik nogmaals de navette mocht doen.
Gelukkig kende ik ondertussen al tamelijk goed de weg zodat ik op een kwartiertje terug was. Het was eigenlijk te koud om te zwemmen maar ondertussen waren de matrassen toch gedoopt.

Als de kindjes in bed zaten, hebben wij nog wat gelezen en een glaasje witte wijn gedronken.

Maandag 6 augustus 2001

Deze morgen iets meer pistolets gekocht dan gewoonlijk: het veelvuldig buiten zijn werkt blijkbaar op de eetlust. Onze traditie verder zettende waren we weeral van de eersten aan het water - het was 's morgens al bijna dertig graden buiten) en hadden het rijk voor ons alleen. Zelfs Katrien waagde zich door de modder tot aan in het meer opgetrokken platform waar ze kon zonnen, een boekje lezen en tegelijkertijd haar kroost in het oog kon houden.

's Middags weer op ons terras gaan picknicken en vroeg vertrokken naar Keszthely

Het was slechts een halfuurtje rijden van bij ons. Tegen 14 uur konden we nogal vlug parkeren in deze middelgrote stad en moesten jammer genoeg door een verkeersvrije shoppingstreet om aan ons doel te geraken.

Festetics paleis
Enorm groot park in Engelse stijl met veel groen, bomen en fonteinen (altijd welkom in zo'n weer). We betaalden de te hoge ingangprijs (1400 ft per persoon) niet en vergenoegden ons met het uitzicht van de buitenkant van het paleis (voor en achter). Volgens de Lonely Planet is er immers heel weinig te zien binnen.

We reden ongeveer een kwartiertje tot aan het thermaal bad van Heviz waar we elk 650 forint betaalden voor een watersessie van drie uur. Het sluit om halfzes dus veel tijd hadden we al niet meer.

HEVIZ
Gyogy-to
Vijf aren groot prachtig meer, vroeger privaat eigendom van Graaf Festetics, met enorm veel witte en rode waterlelies die echter in die tijd van het jaar al uitgebloeid waren. In het midden van het meer een fin de siècle paviljoen, bereikbaar langs het water (32° C) maar ook langs overdekte bruggen. Binnen in die gangen zijn er ook zwembaden, waarschijnlijk voor als het regent. Ook verschillende leuke foto's van einde jaren negentienhonderd. Het water is wel hetzelfde als dat van buiten. De mensen liggen op ligweiden te zonnen en uit te rusten van het gezwem.

Op de terugweg efkens verkeerd gereden maar al vlug de vergissing ingezien en gestopt aan de grote supermarkt om vlees te kopen. Het is daar een probleem om vers vlees te vinden (een beenhouwer in de traditionele zin van het woord hebben we nog niet gevonden). We zagen veel zakken met verschillende soorten vlees maar herkenden maar één woord van de Hongaarse tekst op de verpakking: burgers. Veertien burgers van een niet juist te omschrijven soort in de diepvrieszak hebben we meegenomen.

Het smaakte overheerlijk.
Na het eten nog gaan shoppen (voor de kinderen) in Balatonfenyves en om kwart voor tien thuis.

Openluchtdouche: zalig

Dinsdag 7 augustus 2001

Vandaag verjaardag Catherine (39) en Camille (12) dus enkele cadeautjes op bed - de zwaarste stuks hadden we thuis al gegeven. Na ontbijt niet gaan zwemmen maar dadelijk naar Sarvar omdat het de verste verplaatsing zou zijn.
Onderweg had ik al aan Katrien gezegd dat het me verwonderde dat ik nog nergens borden met snelheidsaanduidingen langs de weg had gezien. Het werd me snel duidelijk waarom. In het dorpje Usza verplichtten enkele politieagenten me langs de kant gaan en meldden me doodleuk dat ik te snel gereden had: 72 ipv 50. Ik probeerde hen op een vriendelijke toon duidelijk te maken dat ik helemaal niet besefte in overtreding te zijn omdat ik zelfs niet wist hoe snel ik mocht rijden. Hielp allemaal niet: ze legden me de basisregels uit: in de steden (bebouwde kom met bord zoals bij ons 50 km/uur) en daarbuiten 90. 'Mag ik je paspoort aub?" Oesje, niets bij. Alles zit in het buideltje van Katrien en dat ligt natuurlijk in ons huisje aan het meer. Ik zocht zogezegd alles af en gaf uiteindelijk mijn rijbewijs. Toch toegegeven dat we onze passen vergeten hadden in Balatonfenyves maar ze moesten een adres hebben. Ik heb dan maar een van de papieren van mijn auto gegeven met het adres van mijn garage op. Dat schreven ze dan op mijn pv. Opgelost en afgehandeld. Zij content, wij content. Met een vriendelijk Bitte langsam fahren waren we weg.

SARVAR (entree ???)
Volgens de legende (gehaald uit de Lonely Planet) zou daar de vrouwelijke voorloopster van Dracula gewoond hebben. Gravin Erzsébet werd gevonden met de lijken van 600 jonge maagden wier bloed ze genuttigd had. Ze werd voor de rest van haar dagen in een kerker opgesloten.
Toen ik dat verhaal gisteren verteld was iedereen onmiddellijk bereid om de gravin me een bezoek-je te vereren. Zo'n gruweltafereel spreekt iedereen aan. Jammer genoeg is van de hele legende niets te zien of te vinden in de ietwat ontgoochelende burcht. Alleen een suggestief beeld en een braaf schilderij verwijzen naar de vroegere bewoonster.
De rest van het kasteel is ingericht met oude meubels en met enkele zalen met mooie wapens. Toch ontgoochelend.

Onze picknick aten we op in het daarbijgelegen park maar we werden nogal gehinderd door bijen zodat we maakten dat we daar vlug wegkwamen. Tweede ontgoocheling was dat in de onmiddellijk buurt van de burcht niet veel meer te zien of te beleven valt zodat we maar stilaan de terugweg aanvatten.
Dus eigenlijk de moeite niet om zo ver te rijden.
Om 18 uur waren we thuis en aten we.

Ilse in de rol van Dracula's slachtoffer

Woensdag 8 augustus 2001

Van halftien tot 12 uur gaan zwemmen.

Na het eten de te verre verplaatsing begonnen naar Veszprem. De reden dat we er bijna twee uur over de-den is de boete van gisteren. Die zorgde ervoor dat ik erop lette waar, langs het Balatonmeer, de bebouwde kom begon en eindigde. Moraal van het verhaal: je mag bijna nergens langs het meer meer dan vijftig per uur rijden zodat je met hier een daar een oponthoud aan verkeerslichten aan een fenomenale laag snelheidsgemiddelde komt.
Tussen halfdrie en halfjes waren we op weg. Dan nog wat moeite in Vesprem om het beoogde doel te vin-den en er schoot al niet te bijster veel tijd meer over.

VESZPREM
Castle Hill bestaat maar uit één straat die vol staat met barokke gebouwen (paleizen, kereken…). De veelvuldig heropgebouwde kathedraal heeft een mooie gotische crypte
Het Bisschoppelijk Paleis is enorm groot, in een U-vorm maar is nu niet toegankelijk. Ook de Gi-zella- (vrouw van St. Stephen) kapel en Gizelleamuseum zijn dicht. Helemaal bovenaan Castle Hill staan St. Stephen en Gizella in levensgrote beelden de bezoekers toe te kijken.
De prachtige straat was redelijk doods, aangenaam enerzijds omdat het rustig wandelen was maar ook verstaanbaar omdat al veel dingen toe waren.
We gaven de kinderen troost met een lekker ijsje zodat ze met volle moed de terugweg zouden kunnen beginnen.
Het was dus halfnegen toen we allemaal, scheel van de honger, in Balatonfenyves aankwamen.
Katrien slaagde er gelukkig in snel en lekker eten klaar te maken zodat iedereen gelukzalig ging slapen.
Naar mijn menig een ietwat mislukte uitstap. Te ver voor een namiddag. Een daguitstap ware beter geweest.

ijsjes in Veszprem

Donderdag 9 augustus 2001

Na het ontbijt weeral gaan zwemmen. Op het platform waar we gisteren ook zaten begonnen we ons uit België meegebrachte visgerei uit te gooien. Hier en daar zie je wel eens een visser en in de reisgidsen wordt het Balatonmeer al redelijk visrijk omschreven. We verwachtten er wel niet veel van omdat we geen behoorlijk aas hadden maar het doodde de tijd, nietwaar. Het enige wat we bijna aan de haak hadden was een behoorlijke slang die zich kronkelend een weg zocht naar ons platform, haar kopje ophield en haar tong naar ons uitstak. Het beest had toch wel een lengte van in strekstand gemeten, een meter.
We konden dit niet over onze kant laten gaan (tong uitsteken naar ons, ba) en besloten zo vlug mogelijk ons platform te verlaten en een dieper in het meer gelegen exemplaar (verder van het oeverriet) op te zoeken. We waren er niet gerust in en overbrugden de afstand in ijltempo. De angst van iedereen werd ver-drongen door een partijtje waterpolo te spelen.
Terwijl iedereen zich aan het afspoelen was, ging ik in het postkantoor onze boete (10.000 ft.)betalen en nog wat telefoonkaarten bijhalen.
We reden met de auto naar Balatonszantod waar we de ferry naar Tihany zouden kunnen nemen.
We betaalden 840 ft voor ons vijf (voor een wagen betaal je slechts 250 ft - inzittenden inbegrepen?).Op tien minuten stonden we aan de overkant van het meer en lazen dan in de Lonely Planet dat we nog op 11 km van het centrum waren; In deze hitte véél te ver om te stappen, bussen waren er niet te zien maar een toeristisch treintje stond al klaar om ons op te pikken. Volwassenen 250 ft, kinderen 150 ft.
We werden afgezet op 100 m van de kerk, ons doel.

TIHANY (450 ft. voor een familieticket)
Pronkstuk van dit schiereiland is de 18e-eeuwse kerk met de twee torens. Altaar, preekstoelen en houtsnijwerk worden beschouwd als meesterwerken van de barok-rococo.
Het park met diverse grotten was niet open, jammer maar achter de kerk heb je een mooi uitzicht op het meer en omliggende dorpen.

Terug in het dorp zochten we eventjes naar het overal aangekondigde poppenmuseum maar konden het zelfs met behulp van de LonelyPlanetplannetje niet vinden. Om niet weer veel te laat thuis te komen besloten we maar het links te laten liggen. Op weg naar het treintje passeerden we een Internetcafé waar de kinderen elk vijf minuten kregen om eens naar het thuisfront te mailen (300 ft/kwartier)
We trakteerden de kinderen nog op een lekker ijsje, namen de ferry, vervolgens de wagen en waren om halfacht thuis, vroeg genoeg om buiten te douchen en te eten.
De twee meisjes drongen nog aan om eventjes te gaan zwemmen en dat mochten ze dan ook voor twintig minuutjes, tot het te donker werd om ze in het oog te houden.

overtocht van het meer

Vrijdag 10 augustus 2001

Zoals gewoonlijk een beetje gaan zwemmen na het ontbijt en dan na het middagmaal met de auto weg.
13.30 naar

Sumeg
Kasteelpark beneden met middeleeuwse spelen voor de kinderen en de volwassenen (boogschieten, ponyrijden, karretje trek…). Dit alles waarschijnlijk te betalen want iedere deelnemer droeg een borstplaatje maar we hebben niet gevonden waar we konden betalen.
Kasteel is boven (270 meter) op een heel steile helling. Entree nogal veel: 1500 ft per volwassene en 750 voor een kind. Als je blijft voor het avondmaal mét ruitertornooi betaal je 4500 ft per man.
In het kasteel is er een klein foltermuseum met wassen beelden (specialiteit van Hongarije: overal zie je zo'n panopticon).
Het waaide daar zodanig veel dat onze petten van ons hoofd waaiden.

Na het wat ontgoochelende kasteel bezochten we nog twee kerken in de stad.
1e kerk Franciscaner Kerk uit de 17e eeuw met moderne fresco's. Zinkt in het niets tegenover de volgende kerk.
2e kerk : de Church of the Ascension met wondermooie fresco's van Maulbertsch (halverwege achttiende eeuw). Volgens de Lonely Planet de mooiste barokke schilderijen van Hongarije. De kerk wordt soms om-schreven als de Sixtijnse Kapel van de Rococo

Wat dacht je? Hebben de kinderen ook hier een ijsje gegeten? Juist, ja.
Om halfzeven terug in Balatonfenyves, spelletjes gespeeld en omdat het nogal onweerachtig was, niet gaan zwemmen.
Morgen gaan we naar Budapest maar ik reed nu al tot aan het telefoonhokje om, gewapend met de Lonely Planet, enkele adressen uit te proberen. Allemaal volzet of ver boven ons budget. Volzet vanwege het Formule I-circus dat volgende week zijn tenten opzet op de Hungaroring zodat de verwachte honderd-duizenden nu al de hotels in Budapest beginnen in te nemen.

Ik heb nog één adres en één telefoonnummer om daar ter plaatse uit te proberen. Dat lukt me wel.

pj aan de ophaalbrug

Zaterdag 11 augustus 2001

De eigenaar van onze vakantiewoning had gezegd er rond elf uur te zijn maar het was nog geen halfnegen toen hij zich samen met zijn vrouw aanbood. We waren nog maar pas begonnen inpakken zodat die twee brave mensen nog anderhalf uur in de tuin hebben moeten wachten.

Om tien uur waren we klaar om, na een korte inspectieronde van het huis, de 151 kilometer die ons van de hoofdstad scheidden te overbruggen. Wat een fluitje van een cent had moeten worden werd bijna een nachtmerrie. Er was enorm veel verkeer, veel files en door de 'bebouwde kommen' kon je nergens snel rijden. Daarenboven was meer dan de helft van de autostrade opengebroken door wegenwerken waardoor de snelheid ook niet hoger mocht dan 60 kilometer per uur.
Ik deed bijna vier uur over die korte afstand.

Het centrum van Budapest daarentegen heb ik gemakkelijk gevonden en mijn oorspronkelijke vrees dat het heel druk en gevaarlijk rijden zou worden in deze miljoenenstad was volledig ongegrond. In een mum van tiid stond ik aan Keleti Railway Station (prachtig gebouw ook) waar enkele verhuurbureaus van hotels en appartementen zouden zijn. De eerste drie bureautjes deed ik vergeefs aan maar in het allerlaatste had ik geluk. Er was een centraal gelegen appartement voor vijf personen beschikbaar in de Kemenes Utca (naast Hotel Gellert). Bijna een uur was ik binnen geweest terwijl de rest van het gezelschap doodbraaf in de auto zat te wachten. Het begon te regenen maar dat kon me niet schelen: ik had iets.


We moesten de Donau over en vonden het nogal rap. Daar kwam het volgende probleem: we geraakten niet binnen. Ik riep naar een mevrouw die toevallig haar venster en daarna de deur voor ons opendeed. Op de binnenkoer zagen we weer heel wat deuren maar we wisten nog altijd niet waar we moesten zijn. Gelukkig kwam op dat moment de eigenares met de verlossende sleutels.

Het was bijna vier uur toen we uitgeladen waren, onze K-way zochten en daarmee gewapend de stad introkken, over de brug, naar de McDonalds die de kinderen al rijdende natuurlijk opgemerkt hadden. Het was nog een eindje stappen in de ons dan nog onbekende stad maar we vonden het toch. Eerst nog een beetje Duitse Marken gewisseld voor Hongaarse forint en gaan eten. Het eten smaakt in de McD in Pest net als overal (niet dus voor mij…)

Met gevulde magen teruggestapt langs een andere weg naar ons apartman waar we nog wat buikspieroefeningen en judogrepen gedemonstreerd kregen door de kinderen vooraleer we onze nacht in Budapest konden beginnen.

Zondag 11 augustus 2001

Wakker geworden door de rinkelende telefoon. De man die opbelde sprak niet al te vlot Hongaars zodat ik hem niet kon antwoorden en maar vlug weer toelegde. Nadat we onze gisteravond gekochte pistolets soldaat gemaakt hadden, vertrokken we rond kwart na tien naar Gellert Hill waar we een bezoekje brachten aan de kerk die in de rotsen uitgehouwen was. Door het park naar de Citadel die we niet binnen zijn geweest omdat je er alleen maar een mooi uitzicht zou hebben. Dat zouden we nog wel hebben vandaag, en dan nog wel gratis.

We vonden niet onmiddellijk onze weg op de heuvel om in Castle Hill te geraken en daalden dan maar af tot aan de Donau en volgden die tot aan het kabeltreintje. Onderweg passeer je nog wat thermale baden en een prachtig en oud casino.
Het was aanschuiven aan de Siklo dat al een hele historie (gebouwd in 1870) achter de rug heeft maar de allernieuwste versie dateert slechts van einde jaren tachtig. Toeristen(ver)voer natuurlijk en de prijs is er ook naar.

De middag naderde en de buiken begonnen weeral te knorren. We zochten en vonden

Fortuna Onkiszolgalo (boven Fortuna restaurant in Fortuna utca). Het is een traditionele refter die al eeuwen lang degelijk en goedkoop voedsel verschaft, vroeger aan de werklui van Castle Hill maar nu vooral aan de lokale bevolking. Iedereen krijgt aardappelen in peterselie (zelfs de Hongaarse kok zei iets als 'pa-tatas') of rijst en vlees (bouletten, kippenbillen, gepaneerde schnitzels). In tegenstelling tot wat de Lonely Planet te vertellen heeft (meals at 400 ft.!) vond ik het nogal aan de dure kant. We betaalden 4000 ft. Prijs-kwaliteitverhouding kan stukken beter.
Langs de Matthiaskerk gewandeld tot aan het pronkstuk van Castle Hill:

Fishermen's Bastion (op de lijst van de Unesco Cultural Heritage) : neogotische toren die er middeleeuws uitziet maar het niet is. Slechts honderd jaar oud maar gebaseerd op het Middeleeuwse verhaal van de Gilde van Visserslieden die van hieruit hun deel van de muur moesten verdedigen.
We hadden geen zin om te betalen om een nog mooier uitzicht te hebben.

Op onze stappen teruggekeerd langs de afschuwelijke Hilton naar de
St Matthias Church (entree 400 voor de hele familie + 200 museum binnenin)
Mooie fresco's, glas-in-loodramen en houtwerk. In het museum kun je de geschiedenis volgen van St. Stephen's Crown (nu nog in het Parlement) die binnenkort weer naar hier zou verhuizen…
Verder gestapt naar het

Royal Palace: enorm imposant gebouw dat o.a. een bibliotheek en de National Gallery huisvest. Wij gingen binnen in het Ludwigmuseum waar je o.a. Andy Warhol, Pablo Picasso, Roy Liechenstein en Keith Haring maar vooral veel Hongaarse kunstenaars kan bewonderen (400 ft. per volwassene/200 ft. per kinderen). De mooie Corvinuspoort is de ingang van het Royal Palace.

We namen deze keer niet het treintje maar gingen te voet naar beneden, over de brug om eens een ander zicht te hebben. De kinderen kochten wat souvenirs met hun zakgeld, ik haalde wat geld af van een bankautomaat, we kochten brood en nog wat eten en trokken naar huis.
Eten, bad, douche, spelletjes en in bed.

Maandag 12 augustus 2001

Op hetzelfde uur als gisteren op stap maar nu gingen we onze groene brug over naar Pest. Eerst stopten we aan de prachtige oude Old Market Hall, daterende einde negentiende eeuw.
De vrouwelijke exemplaren uit ons gezelschap amuseerden zich natuurlijk rot tussen al die winkeltjes en een uur vloog zo voorbij. We hadden een restaurantje gezien dat iedereen aansprak en waar je aan hoge tafels op een tabouretje moest eten. Je zag de te krijgen schotels en je kreeg het, via een microgolfomweg, heet geserveerd op een plastieken bord met plastieken bestek. Goulash, noodles, een soort gehaktballen gingen er samen met de nodige cola en sprite vlotjes in.

De rest van het zakgeld ging op aan souvenirs en het werd tijd om op te stappen. We legden veel baan af en passeerden doelbewust langs enkele straten met boekhandels om mijn Raymond Chandlerverzameling aan te vullen.

Om half twee stonden we eindelijk aan poort elf (de ticket booth) van het Parlement. Een heel ingewikkelde manier van aanschuiven tussen nadarafsluitingen om eerst een ticketje te kunnen gaan kopen en daarna nogmaals aan te schuiven om op onze gids te wachten. We kregen een Duitstalige gids toegewezen en mochten stipt om drie uur de met luchthavens vergelijkbare bagagecontrole passeren.

Parliament (entree 5250 ft. voor de vijf)
Mijn dochter moest al een half uur heel dringend gaan plassen maar de vrouwelijke gids vertelde me doodleuk dat de wc's tijdens de bezoeken gesloten werden. Bij hoge uitzondering zou een van de bewakers haar vergezellen en zou het toch misschien mogen. Maar zij kon niets garanderen. Ik wachtte tot we aan de tweede bewaker kwamen (die zag er wat vriendelijker uit) en ja, het kon. Opgelucht gingen de twee meisjes parlementair plassen, paps mocht niet mee.
Het gebouw op zich is niet spectaculair mooi maar het is de moeite waard voor de Koningskroon. De meer dan 1000 jaar oude St. Stephen's Crown is hét symbool bij uitstek van de diverse vrijheidsstrijden van de Hongaren, is regelmatig geroofd en verdwenen maar is nu definitief terug. De rondleiding duurde 45 minuten.
Buiten kochten we voor de kinderen een ….ijsje en keerden op onze stappen terug om rond kwart na vijf te belanden aan

St Stephen's Cathedral
We konden langs de hoofdingang binnen maar er was een plechtigheid bezig zodat we niet tot achterin konden. Daar wilden we echter zijn. Daar is immers de relikwie van de hand van St. Stephen te zien in de Szent Jobb (The Holy Right) Kapel. Dit gemummificeerd voorwerp zou niet smakelijk zijn om aan te zien maar is één van de kerkelijke hoofdattracties van Boedapest. We probeerden langs een zij-ingang binnen te gaan maar ook in de Kapel was er een lezing bezig. We wachten twintig minuten, geraakten toch binnen maar zagen alleen een schedelrelikwie (onder een helm), niet de rechterhand. Waar die was weten we nog altijd niet.

Ik had deze namiddag de eigenares opgebeld om te vragen of we nog een nachtje mochten blijven en ze zou rond zeven uur langskomen om ons te laten bijbetalen. We moesten ons haasten en het tempo zakte na die twee dagen wandelen zodat we maar net op tijd aankwamen.

Parlement

Dinsdag 14augustus 2001

Laatste dag in Budapest. Dus moesten we zeker nog eens zwemmen in het chicste thermaal bad van de hoofdstad. We hoefden niet ver te stappen, zo'n 100 meter. Om 9 uur gingen we naar

Gellert (entrée 1800 per volwassene en 1700 per kind)
Door de mooie inkomhal kom je aan de kleedcabines (400 ft. voor één) waar we bijna één per één in moesten, zo klein was deze gezinscabine.
Thermaal bad : iedereen moet een badmuts ophebben: te krijgen aan een soort toog. Wij hebben ze genomen zonder te betalen. Pas op: het is éénrichtingsverkeer in het water. Op de muur staat de zwemrichting met pijlen aangeduid. Wie het waagt tegen stroom te zwemmen wordt onverbiddelijk teruggefloten.
Aan het einde van deze zaal liggen links en rechts de échte warmwaterbaden. Links voor de ladies, rechts voor de gentlemen. Je komt terecht in een ronde zaal met drie baden, één van 38°, één van 36° en een koud bad van 28°. Daarachter zijn nog douches, een stoomcabine en drie gewone sauna's naast elkaar (iedere keer 10° warmer). Fantastisch om na de stoomcabine of de sauna in het koude water te stappen. De meisjes zaten drie kwartier langer weg dan de jongens zodat deze laatste zich al een beetje verveelden.
Samen gingen we dan naar boven waar nog een paar zwembaden zijn. In het grootste worden regelmatig golven in gang gezet om het jeugdige volk te plezieren.

Het was kwart voor twaalf toen we terug naar onze kamer gingen, alles inpakten en weer op stap gingen om te eten. De kinderen wilden naar de Burger King (3000 ft.) maar ik ging liever terug naar de Old Mar-ket Hall waar ik gisteren zo goed gegeten had. Een zeer pikante goulash laaide nog lang na.

Om halftwee begonnen we in te laden en liepen de eigenares tegen het lijf. We wilden, vooraleer Budapest te verlaten, nog vlug het Vasarelymuseum meepikken omdat het op de kaart niet zo ver bleek te liggen. We stopten een brug te vroeg en reden rondjes tot ik het beu was en we dan toch maar koers zetten naar Eger.


Op de autostrade passeerden we de afrit naar de Hungaroring waar het volgende weekend een paar honderdduizend toeschouwers zich zouden vergapen aan de Formule I wedstrijd.
We belandden stilaan in de Bükk Hills en vonden heel gemakkelijk onze volgende en allerlaatste bestemming.


Het was vijf uur toen we in Eger nogal moeite hadden om een van de in de Lonely Planet aangeraden colleges te vinden. De kinderen zagen het niet zitten om in een school te slapen en ze hadden geluk, alles was volgeboekt. Een beetje buiten het centrum hadden we verschillende bordjes met Zimmer Frei en Apartman gezien zodat we die dan maar gingen zoeken.
We vonden uiteindelijk onderdak in Green Park waar we twee kamers en een gemeenschappelijke keuken en badkamer kregen voor de prijs van 11.250 ft/nacht. Goedgekeurd.
Op vijfhonderd meterafstand is er een zeer goedkope Sparsupermarkt die laat open blijft en waar we nog een paar inkopen gingen doen.
We aten bij ons in de tuin, speelden nog wat spelletjes en gingen allemaal vroeg slapen.

 

de meisjes in het 'koud' badBuitenbad

Woensdag 15 augustus 2001

Rond 10 uur naar Eger Stad waar gratis parkeerruimte vinden niet gemakkelijk is. Uiteindelijk niet al te ver van het centrum aan het zwembad geparkeerd.


Eger Castle (entree 200 per volwassene en 100 per kind)
Om toegang te krijgen tot alle musea en bezienswaardigheden binnen de vesting moet je een stuk meer betalen. Als je zoals wij de minimale toegangsprijs betaalt is er helemaal niets te zien. Flauw.
We stapten terug naar beneden en gingen naar het grootste plein van Eger. Daar ligt de

Minorite Church (1773)
Volgens de Lonely Planet een van de mooiste barokke kerken ter wereld. Dat moesten ze ons geen twee keer zeggen.. Indrukwekkende fresco's en trompe l'oeils

Omdat we wilden gaan eten in Mecset Pincel stapten we weg van het plein. Dit restaurant zag er ons te toeristisch en dus ook te duur uit en mijn dochter en ik wilden op de minaret. Katrien zou klaarstaan met de videocamera. We wachten tien minuten aan de ingang en moesten dan constateren dat er nog een groep voor was. De minaret is heel smal, 40 meter hoog en bevat 97 steile, smalle treden waardoor er slechts een tiental personen per bezoek binnen konden.
We wilden eerst eten en dan misschien terugkomen.

Restaurant Planetos stond ons dan wel aan. De volwassenen vroegen bonengoelash en kesselgoulash (eigenlijk twee soepen) en de kinderen aten kipfilet met hesp (soort cordon bleu), kipfilet zonder kaas en kaaskroketten. Die laatste vielen het best in de smaak zodat we morgen allemaal wilden terugkeren. Ongeveer 3300 ft. voor alles (kleine cola's weliswaar).

Een grote boekhandel die op de heenweg nog gesloten was, was nu wel open maar had geen Chandlers in voorraad. Pech.

We bezochten nog de Cathedral, een neoclassisistisch gebouw dat binnenin niet speciaal is.
En dan nog een andere kerk.
Het werd dan stilaan tijd om onze dagelijkse portie water te gaan opzoeken.

De Eger Baths liggen in het centrum van de stad en waren we al tien keer met de auto gepasseerd zodat we ze dus wel wisten te vinden. We betaalden 400 ft. per volwassene en 250 per kind.

Van kwart na twee tot half vijf speelden we in de verschillende (een achttal) baden waaronder enkele thermale en dus warme.. Bij een van de gewone zwembaden was er een glijbaan maar daar moest je 100 ft. per keer betalen om er af te mogen. Schandalig. Ik waagde me ook in het Olympisch bad maar werd teruggefloten omdat ik geen badmuts aanhad. Er zijn immens grote ligweiden waar zelfs volleybal kan worden gespeeld. Je kan er gerust een hele dag spenderen want er zijn genoeg eet- en drinkhuisjes om de inwendige mens te versterken. Wij beperkten ons tot één koffietje voor Katrien.

Onze tot nu toch al goed gevulde dag zat er nog niet want we wilden nog naar
The Valley of the Beautiful Girls (een paar kilometer buiten het centrum)
Deze vallei bestaat volledig en alleen uit wijnkelders, wijnbars, restaurants en enkele souvenirwinkeltjes. Heel veel is er dus niet te zien maar het is wel eens leuk om in zo'n originele, frisse kelder de wereldbekende Bikavér (Stierenbloed) te proeven. Je betaalt slechts 50 ft. voor een klein glaasje van 10 cl. En je kan de Bikavér kopen tegen 350 ft.(nog geen 60 BEF)/liter.
We kochten daar ook nog pistolets en ik zondigde tegen de zero tolerance van de Hongaarse overheid door met 1 glaasje wijn in mijn botten naar huis te rijden. Ik slaagde erin zonder ongelukken en zonder tegen gehouden te worden, thuis te geraken.

Daar hielden we ons nog een beetje bezig en gingen slapen in het besef dat het morgen onze laatste volledige vakantiedag zou zijn.

Katrien verblijd van de drank

Donderdag 16 augustus 2001

Deze laatste dag zou volledig in het teken staan van de wereldbekende Lippizanerpaardjes. Deze witte elitepaarden worden slechts op een paar officiële plaatsen ter wereld gekweekt en Szilvasvarad is daar één van. Het stadje ligt slechts 28 km van Eger en is gemakkelijk te vinden

Eerst zochten en vonden we het

Museum(entréé 3 x 80 ft.)
Uitgebreide geschiedenis van de Hongaarse Lippizaners met veel foto's, bekers en paardentuig. In de mooie stallen is er niets levends meer te zien. Die mensen hebben geen paarden meer.
Dan weer de auto in naar de

Lipicai Menei
Plaats waar de paarden gekweekt en getraind worden. Ferme ontgoocheling: de toegang werd ons ontzegd. Het gebouw wordt gerenoveerd en gaat pas in september weer open. Een paar weken te laat dus voor ons. Jammer maar gelukkig zagen we van uit de auto enkele paardenspannen afkomen zodat we toch nog enkele foto's in de vlucht konden nemen.

Nogmaals terug naar beneden en ditmaal tot aan de Ticket Booth waar je moet betalen om je auto veilig te parkeren (70 ft.). Omdat de paardenrenbanen allemaal toe waren tijdens de week, wilden we niet parkeren maar gewoon doorrijden tot aan een uitkijktoren die op een groot bord aangekondigd stond. Tweehonderd meter na de eerste Ticket Booth stond er weeral een, ditmaal om 350 ft. te betalen om de weg door het Nationaal Park te mogen gebruiken. Ik maakte van mijn oren dat ik al betaald had en dat ik zelfs niet parkeerde. Oké, deze eerste 70 ft werden me, na moeizaam onderhandelen, kwijtgescholden.

Millenium Kitalo (gratis te beklimmen)
Hier hebben we onze picknick opgegeten en hielden de kinderen zich onledig met het na-apen van het stenen tijdperk. Er lagen veel leistenen en keien zodat ze pijlpunten, messen en bijlen begonnen te fabriceren. Leuk bezighoud.

Na een uurtje waren we het daar ook al beu en zochten we

Egerszalok Bath (8 km buiten Eger, entree 5 x 250 ft.- dag en nacht open)
Zout en mineralen in de grond zorgen voor een warmwaterbron van 68° die het zwembadwater warmer maakt dan we al hadden meegemaakt. De stolling op de rotsen van het minerale water zorgt voor een bevreemdend effect. Witte kalkafzetting doet de site op ijsbergen lijken en zorgt voor terrasjes water. Het was een Pamukkale (Turkije) in miniatuur. Onder aan de rotsen kan je douchen met heet water dat uit goten vloeit. Daarna een ijskoude douche doet deugd. Het moet een schitterende zicht zijn dit 's nachts te kunnen doen maar omdat we morgen vertrekken…

We zijn nog tot aan het Kasteel gereden omdat we de kinderen nog een ultiem souveniertje beloofd hadden maar jammer genoeg waren alle shops al toe (hoewel het kasteel pas officieel om 20h sluit). Zwak van die Hongaren. En ontgoocheling troef bij de kinderen.

Omdat het daar gisteren zo had gesmaakt verorberden we onze laatste warme maaltijd in Hongarije weer in Planetos (Eger centrum). De kaaskroketten hadden aftrek en smaakten.

We waren vroeg thuis, vonden nog een fles wijn in een klein winkeltje en gingen allemaal redelijk vroeg slapen

Camille in het museum35° C met sneeuw op de achtergrond???

Vrijdag 17 augustus 2001

Dit is onze terugreisdag. In tegenstelling tot de heenreis had ik het niet al te slimme idee om de afstand in één keer te willen overbruggen. Ik zag het zitten maar zou het nooit meer doen. Het is niet echt verantwoord om 1600 km in één keer te doen. Zaterdagmorgen tegen vijf uur zaten we in Kortrijk in ons bed. Uitgeput maar tevreden na een leuke, gevarieerde en ontspannende reis.

1