Transsib (oktober)

 

Maandag 29 oktober 2001

In Kortrijk moesten we vroeg uit de veren voor een lange dag. We genoten van onze laatste goede koffie en vertrokken rond halfzes om een uurtje later in Zaventem toe te komen. Veel te vroeg natuurlijk maar het zou te stom zijn om te laat te komen, nietwaar.

Op het grote bord in de Departure Hall stond als vertrekuur 08.45 en C15 als vertrekgate. Op ons boarding ticket stond echter C9 en na een tijdje zoeken en vragen bleek toch onze eerste informatie de juiste te zijn. De vlucht naar München werd uitgesteld tot halftien en toen het tien uur sloeg werden we naar de balie geroepen. Het vriendelijke baliepersoneel stelde ons voor een vlucht via Stockholm te nemen omdat we onze aansluiting naar Moskou anders zouden missen. Om twintig na tien zouden we vertrekken van Gate C38 maar helemaal op het laatste ogenblik zag ik dat we weeral verkeerd zaten. We holden naar C2 en konden nog net mee naar de Zweedse hoofdstad. Murphy warmt zich op.

Tussen halftwee en halfvier vlogen we - het laatste stuk over de prachtige Zweedse meren en bossen.

Moskou.

We landden om halfzes plaatselijke tijd (een uur later dan voorzien maar dat viel nog mee).We hadden eigenlijk kunnen verwachten dat Murph onze bagage zoek zou maken in de aankomsthal van International Airport Sjeremetevo maar toch hé. Nada. Aangifte gedaan bij de onverschillige, niet al te behulpzame bediendes en de verzekering gekregen dat iemand onze bagage na zou brengen naar ons hotel. Onze rugzakken werden ons tegen 23 uur vanavond beloofd. Bon, wij waren gemakkelijk, moesten niet zeulen met dat extra gewicht en zochten buiten de luchthaven onze bus. Op het papiertje van ons hotel dat we ter inlichting van het Internet hadden kunnen afprinten stond dat we best bus nr. 517 zouden nemen. Niet te vinden natuurlijk. Een tijdje zoeken en dan zag ik het enige nummer dat er een beetje op leek (817) en ja, die wilde ons meenemen naar Metro Planernaya. Uurtje bussen voor 5 roebel per man. De taxi's vroegen honderd keer meer.

Bij het afstappen aan de bus zagen en roken we heerlijke pittakraampjes. We hadden nog wel niet zo heel veel honger maar wilden wel eens de Russische variëteit van deze Arabische specialiteit proeven. Er waren twee soorten te krijgen: één die 30 roebel en één die er 35 kostte. We vermoedden dat het 'ne grote en nen kleine' zou worden maar we konden er niets van lezen. We bestelden, kregen twee verschillende soorten maar zagen zelf niet wat de grote of de kleine zou moeten zijn. Het smaakte wel heel lekker.
In het metrostation vroeg ik aan het loket 'Driemaal Planernaya' en met vijftien roebel kwam ik er van af. Oef, eerste hindernis overwonnen. Na meer dan een uur sporen stonden we tegen halfacht weer buiten. In een miezerig regentje. Volgens de op Internet gevonden info zou Hotel Asia slechts op 30 meter van het metrostation liggen. Zichtbaar met het blote oog dus. Niet te zien echter. Of toch.We zagen veel hoge gebouwen (ons hotel zou op het 15° verdiep zijn) dus het kon overal zijn. We wandelden eventjes rond maar moesten het toch tweemaal vragen. Dus, lieve lezers: Hotel Asia is gevestigd in het hoogste gebouw van de buurt (met blauwe neonverlichting op het dak).
De vriendelijke jongen aan de receptie op de vijftiende verdieping sprak goed Engels, vond direct onze internetreservatie en wist zelfs te vertellen dat ik onze eerste nacht al betaald had via mijn creditcard (was inderdaad een maand of twee vroeger zo afgesproken maar nog niet van de rekening). Zelfs onze treintickets lagen klaar. Wonderlijke efficiëntie. De kamer zelf is ok, wc en badkamer zijn op de gang en in behoorlijke staat.

Vanaf kwart voor tien wachtten we op onze bagage maar toen de deadline van 23 uur verstreken was, lagen we niet lang daarna in ons Russisch bed, dromend van wat nog komen zou.

Dinsdag 30 oktober 2001

We wilden niet al te laat opstaan om maximaal te kunnen genieten van onze twee dagen Moskou. We waren zelfs nog te vroeg op: het bureautje gaat pas om acht uur open. We vroegen de receptionist of hij kon telefoneren naar de luchthaven om navraag te doen naar onze niet geleverde bagage. Het duurde een tijdje voor hij de juiste persoon aan de lijn had die ons doodleuk wist te vertellen dat iemand deze namiddag tussen twee en drie zou komen.
Met alle Chinezen (oeps, Russen moet het zijn) maar niet met den dezen - dat zou betekenen dat heel onze dag naar de vaantjes zou zijn. Ik kon hen overtuigen pas vanavond tussen acht en negen te komen. Dat was haalbaar voor hen en voor ons. It's a deal, en nu maar hopen...
Ondertussen verwachten we te kunnen ontbijten. Noppes: tegenstrijdige berichten bereikten ons. Volgens het uithangbord aan de receptie kun je in het restaurant terecht vanaf half acht, volgens de receptionist vanaf negen uur en volgens de keuken vanaf tien. Zo lang hadden wij geen zin om te wachten en we zouden wel onze plan trekken onderweg.

Het was ondertussen al na negenen toen we eindelijk de stad in trokken. Met de metro reden we naar Kitaj Gorod, het station dat op het eerste gezicht het dichtst bij het Rode Plein lag. Later bleek dat we wel nog dichter hadden gekund maar het was een goede wandeling.

Rode Plein

 
Nu is het daar Click for Moscow, Russia Forecast Het legendarische plein, vooral gekend van de protserige 1 mei parades die voor ons, niet-communisten overdreven militair en zelfs belachelijk overkwamen. Het is niet zo indrukwekkend als ik verwacht had maar toch de moeite waard. We kregen er geen verklaring voor maar de helft van het plein was afgezet met nadars. De chapka's op de hoofden van de politieagenten waren goed vertegenwoordigd.
Vassili Katedraal
Om 10 uur gingen we binnen, een beetje tegen mijn zin want ik verwachtte er niet veel van (toegangsprijs : 90 roebel). Het was een aangename verrasing. Op het eerste gezicht is het gewoonweg een enorm grillige kathedraal maar bij nader inzien toch een indrukwekkend, architecturaal pareltje. De acht uivormige torens staan er niet zo maar willekeurig op en bij maar weerspiegelen het binnenste. De grootste en hoogste toren staat boven de belangrijkste kapel. Dan zijn er vier kleinere torens boven vier kleinere kapellen en dan nog vier kleinere, iedere keer boven ietwat kleinere kapelletjes. Veel prachtige ikonen binnen. Colin Thubron kan het véél beter schrijven dan ik en ik onthoud jullie dan ook zijn beschrijving niet :
"De tentachtige speer van het centrale heiligdom doorbrak alle regels van de westerse architectuur en daaromheen schoten de koepels van acht kleinere kapellen op een ratjetoe van zuilen omhoog. Het is minder een klassieke kathedraal dan een kamp van Tartaarse tenten rond het paviljoen van eeen Khan. De grotere koepels staan op hoekige torens, gesteund door een mengeling van steunberen, de kleinere spiralen omhooog met overlappende reeksen blinde ramen, en lopen dan spits toe, om vervolgens uit te dijen tot bolronde tulbanden, bekroond met gouden kruisen. Ze draaien, ontbotten en vermeerderen zich in uitspattingen van bouwkundig plezier. Sommige zijn gestreept als lollys, andere lijken op knobbelmeloenen of een toef stijfgeklopte slagroom, weer andere zijn bezet met stekels in groen, rood en wit..."
GUM
Het voormalige staatswarenhuis waar vroeger alleen de begoede Russen terechtkonden. Nu zijn het alleen de begoede buitenlanders want er is een keure aan internationale winkels (Armani, Gucci...). Niet voor ieders portemonnee dus. Het gebouw zelf is enorm lang, bestaat uit verschillende parallelle gangen en heeft ook nog een verdieping. Doet een beetje denken aan de Brussels winkelgalerijen maar dan in het groot.
Katrien en Jaak hebben (rechtstaande) een koffietje gedronken om zich op te warmen. Ondertussen had ik tijd om wat te filmen.
Kazankerk (Kerk van Oud en Nieuw)
Mooi kerkje, niets te betalen, souveniertjes te koop (hebben we later op de dag gedaan).
 Iemand kwam zeggen dat ik zelfs niet mocht roken op de trappen. Erg.

Lenin Mausoleum
Om twintig voor elf namen we plaats in de niet al te lange rij om het lijk van de grote communist Lenin te gaan groeten. Pech want er mogen geen bags binnen. Het gebouw sluit om elf uur en dus waren we te laat om eerst onze bagage in het Kremlin te gaan deponeren en dan nog terug te keren. Het zal voor morgen zijn.
Het Kremlin
Het duurde nogal een tijdje voor we de ingang vonden. We wandelden tot helemaal aan het einde van de lange muur maar moesten gewoon in het begin de brug over zijn gestoken om aan de grote toegangspoort te geraken. De loketten zijn naast die brug en de lockers voor de bagage zijn er onder. Toegangsprijs 300 roebel per persoon. Niet goedkoop maar het is dan ook één van de weinige topattracties van Moskou. We betaalden nog eens 50 extra om foto's te mogen nemen en 120 voor Jaaks bagage en 180 voor de onze (videocamera is nog eens extra).
We zagen het kanon, de grote kapotte klok en de vijf kerken of kathedralen. Ook die met al de sarcofagen van o.a. de Romanov's... Op den duur kreeg ik wel een kerkindigestie

Rond één uur haalden we onze bagage op en wandelden door enkele winkelstraten tot aan het wereldbekende Intourist hotel waar tot voor enkele jaren geleden alle buitenlanders moesten logeren. Volgens onze Lonely Planet zou je van op de hoogste verdieping (20ste) een prachtig zicht hebben over het Kremlin. Dat viel ons wat tegen omdat we ten eerste achter glas moesten blijven staan en het ten tweede het nogal mistig was. We kochten daar nog een souveniertje en een telefoonkaart (315 roebel) en namen de lift naar beneden.
We stapten door tot we aan ons volgende doel kwamen

Bolshoi Theater
Prachtig gebouw uit 1854 met indrukwekkende beelden. We hielden ons daar niet al te lang bezig omdat het te koud was om lang stil te staan. We mochten zelfs niet binnen om er 's avonds een opvoering zou zijn.
Hotel Metropole
Aan de overkant van het plein staat dit mooie art nouveau gebouw met een prachtige mozaiëk bovenaan.

Niet ver hiervandaan is het bekende Lubyankaplein waar ik vooral, als thrillerliefhebber, het imposante hoofdkwartier van de voormalige KBG wilde zien. Van de buitenkant is er niet veel aan te zien maar het laat je wel mijmeren over de kleine celletjes waar buitenlandse spionnen werden vastgehouden en op niet zachtzinnige manier werden verhoord. Via de Kitaj Gorodwijk wandelden we, zonder nog veel doelen voor vandaag, naar een groot gebouw ergens in de verte. Het is altijd leuk eens gewoon te wandelen, zomaar. Het imposante gebouw dat we uit de verte zagen vonden we met wat moeite. Het was het Universiteitsgebouw dat in pompeuze neogotische stijl werd opgetrokken tijdens het Stalinregime en een van de grootste gebouwen van Moskou is.
We keerden terug op onze stappen tot aan het Kitaj Gorod park waar het ondertussen al goed donker was en we eindelijk een restaurantje vonden. Veel eetgelegenheden vind je niet in Moskou en als je ze dan vindt, zitten de meeste achter donkere gevels. Je stapt dus maar op goed geluk af ergens binnen. Het viel erg mee: het zag er proper en niet al te heel duur uit.

We reden met de metro naar ons hotel, kochten aan de kraampjes een grote fles bier (2,5 liter voor slechts 28 roebel) en gingen naar onze kamer. We wilden eerst nog eens bellen om het thuisfront te melden dat we goed aangekomen waren maar onze nieuwe telefoonkaart werkte niet in het hotel. Ook niet in de talrijke telefooncellen aan de metro. Tekst en uitleg vragen hielp niet al te veel en we kochten dan maar een andere kaart in de metro zelf. Uiteindelijk vonden we dan toch hoe het moest. Wij hoorden het thuisfront babbelen maar zij hoorden ons niet... Raar maar ze konden toch wel vermoeden dat wij het waren. Uiteindelijk lukte het dan toch en iedereen was tevreden.

Jaak zat ondertussen te wachten op de bagage die er tussen acht en negen zou aankomen. Het was kwart na negen toen we de geloodde rugzakken terug hadden. Oef, opluchting! We hebben ons biertje uitgedronken op de goede afloop en konden gelukkig gaan slapen. Weer een hindernis overwonnen.

Onze podometer stond slechts op 0,54 km (voelde aan als 25 km)

Onze lieveling : BasielLuxeshops in de GUMEen van de KremlinkerkenStalin buildingSmikkelen op z'n Russisch    

Woensdag 31 oktober 2001

We bleven nogal lang in ons bed liggen, maakten onze bagage klaar voor de grote rit van vanavond en gingen tegen 10 uur ontbijten. We kregen elk een sneetje brood met salami en een bord niet al te lekker muesli. Na onze tweede nacht Moskou betaald te hebben, gingen we weer op stap met onze rugzakken die we eerst wilden deponeren in Yaroslavski.

We reden met de metro naar Lubyanka waar we overstapten op de rode lijn naar Station Komsomolskaya. De metro arriveerde ook in een treinstation zodat we dachten dat we er al waren. Nee, hoor we zaten in een verkeerd station. Met de nodige taalproblemen over waar we zaten en waar we naartoe moesten geraakten we in een ander station aan de overzijde van de Komsomolskaya Plocha maar we zaten nu in Leningradski. Nog niet juist dus. Vijftig meter verder vonden we eindelijk Yaroslavski waar we weeral na veel vragen en zoeken de ruimte vonden waar we onze bagage mochten achterlaten voor de rest van de dag. We betaalden 27 roebels voor heel de santeboetiek en waren blij dat we van dat gewicht verlost waren. We planden onze uitstappen voor de rest van de dag met de metro en wilden een paar mooie ondergrondse stations (zoals op de foto's) zien.

Het was intussen al 13 uur en we vertrokken weer - eerst kochten we nog hoestsiroop voor Katriens hardnekkige hoest die haar uit haar - maar gelukkig niet de mijne - slaap hield. We reden naar Kropotkinskaya waarvan ons gezegd was dat het mooi zou zijn. Niet speciaal.

Rond halfdrie arriveerden we aan ons volgend doel

 Pushkin State Museum of Fine Art
Toegangsprijs 160 roebels, gratis vestiaire. Er waren verschillende zalen met alleen maar plaasteren afgietsels van bekende Egyptische, Griekse en Romeinse beelden en die lieten we dan maar vlug links liggen. Op de eerste verdieping waren enkele zalen met werken van Matisse, Gauguin, Van Gogh, Cezanne en ook Picasso. Niet spectaculair maar toch de moeite. We kochten voor 25 roebel een mooi foldertje om thuis nog eens na te genieten en ons fotoboek op te luisteren.

Tegen 15 uur stonden we buiten en wandelden te voet langs de Moskva. Na een kwartiertje staken we de rivier over en zagen langs de rechterkant de toegang tot het wereldbekende Gorkipark. Wij hadden geen zin en geen tijd om het Russische Bellewaerde met een bezoekje te vereren en sloegen links af naar het

 Beeldenpark
Hier staan alle letterlijk en figuurlijk gevallen goden van de communistische periode voor de perestroika. Alle beelden van rode leiders die in Moskou een ereplaats hadden zijn verbannen naar dit park. Leuk om zien is dat Stalin zijn neus weg is, dat er veel beelden staan van Lenin maar ook van Brezhnev en andere nobele onbekenden. Het park wordt verder nog opgeluisterd door tientallen recentere uitingen van hedendaagse kunst waaronder een immens lelijke Pinocchio.

Naast het park staat, natuurlijk aan de rivier, een prachtige metalen boot met bovenaan een groot beeldhouwwerk van een krijger. Wie of wat het is en waarvoor het symbolisch zou kunnen staan hebben wij niet kunnen achterhalen. Langs deze kant van het water stapten we door tot we na korte tijd aan de tweede brug een prachtig zicht kregen op de buitenkant van het Kremlin en de achterzijde van de St. Basilkathedraal. Het werd stilaan donker zodat zowel foto's én film duister zijn. Toch de moeite om eens tot daar te gaan. Aan de achterzijde van St. Basil kan je gemakkelijk naar beneden en volg dan maar het water.

Het gisteren half gesloten Rode Plein was vandaag volledig open. Ondanks de duisternis en de regen ontkleedde ik me gedeeltelijk om Katrien een prachtige foto te laten maken van mij in mijn Arno T-shirt voor de Basil. We kochten voor onze kinderen nog enkele souvenirs in de Gum (redelijk betaalbaar) en aten daar aan een kraampje een droog broodje met salami of kotelet (17-18 roebel). Te droog bijna om binnen te krijgen. Verkeerde gok. In de Kazankerk op de hoek kochten we twee kleine iconen voor het thuisfront en zochten dan maar wat degelijke en warme buikvulling.

We stapten te voet naar Lubyyanka (we kenden ondertussen al een beetje onze weg) en namen de metro naar Komsomolskaya. Op het plein naast Yaroslavski deden we onze allerlaatste inkopen in Moskou en gingen kijken waar de trein stond. Je moet naar buiten en ziet pas op het allerlaatste moment op welk spoor je moet zijn. Maar eigenlijk kan je niet missen. Er staat zodanig veel volk en die hebben allemaal zoveel wit-rood-blauwe balen mee dat je je echt een weg door die meute moet werken. Het wordt trekwerk, drumme, duwen, sleuren, vloeken tussen de talloze karren met balen.
Toch zaten we redelijk snel op de trein, vonden we direct onze coupé en gooiden ons gerief binnen. Het was wriemelen omdat al die Russische Mongolen of Mongoolse Russen hun balen aan het versleuren waren. We hielden ons gedekt maar kregen bijna een dronken militair als vierde man in onze maag gespitst. Ze sleepten de zatlap vooruit op de grond en duwden een rood-paars gezicht -op het punt te kotsen - bij ons binnen. Wij maakten in ons mooiste vlaams van onze tetter en konden hem buitenkrijgen. Als tweede kregen we een nogal pretentieus russisch vrouwmens bij ons maar omdat ze er nogal proper uitzag lieten we het zo maar. Enkele uren later verdween zij naar een coupé met gelijkgestemden en kregen we Robert als metgezel

Mijn eerste indruk van onze trein, onze wagon én onze coupé was niet al te positief. "Moeten we hier meer dan vier dagen en vier nachten doorbrengen ?". Op zo'n kleine ruimte is het om claustrofobisch zot te worden. Als alle heisa wat opgetrokken was, deponeerden we onze rugzakken en het meeste van ons materiaal onder ons in de banken en konden we alweer wat beter adem halen. Op den duur ging het zelfs al redelijk vlot, vonden we onze draai. We probeerden te slapen maar met al het lawaai in de gang was dat niet zo evident. We wisten nog niet goed hoe we best lagen en speelden woelrat vooraleer we in slaap sukkelden.
Onze podometer stond op 21, 76 km maar het voelde aan als nog meer.

 

Twee sikjes samenLaatste inkopenOef, samen op de treinArno & Basil by night

Donderdag 1 november 2001

Allemaal redelijk geslapen, het was blijkbaar warm genoeg op de trein. Toch komt er wat tocht door het raam. De trein geeft niet de indruk snel te rijden (de gemiddelde snelheid over het hele traject zou ongeveer 65 km/h bedragen). Het is dus rustig zitten en comfortabel lopen door de gangen. In de coupé's mag er niet gerookt worden en dus moeten Katrien en ik tot aan het tussencompartiment tussen onze wagon en de volgende om er eentje op te steken. Nu is dat nog niet erg maar als het kouder wordt, voel je dat wel en rook je toch iets minder.
Ontbijt gegeten, alles opgeruimd en gereorganiseerd, geordend, geschikt. Al veel meer plaats in onze coupé. We beginnen ons al ietsje beter te voelen. We waren nog te moe om er echt van te genieten en deden nog een tukje. Dat zou ik de volgende dagen regelmatig nog eens tussendoor doen.
Jaak speelde ondertussen een spelletje schaak met Robert, onze Oekraïener die weliswaar geen woord Engels sprak maar waarmee we in gebarentaal converseerden. We leerden dat hij een gewezen kapitein in het Russische leger was, getrouwd zonder kinderen en nu op weg naar zijn vrouw in Kiev. De brave man had eten voor de volle vier dagen mee zodat we de kleur van zijn geld niet gezien hebben.

Tijd om even iets te vertellen over de Mongolenhandel. Gedurende de twee eerste dagen van onze reis waren de Mongolen van onze trein vooral handel aan het drijven op de perrons. Ze hadden de tijdsregeling van de trein wellicht uit het hoofd geleerd. Een half uur voor elke stop stonden ze al getooid en beladen, met hun handelswaren klaar in de gang. Die uit onze wagon verkochten mouton retourné en astrakanjassen. Elders zagen we truien, lampen, handschoenen enz. Ze werden op elk perron verwelkomd door hele drommen wachtende dames die daar in twee seconden hun nieuwe winterjas kozen, pasten en betaalden. Stilaan kregen de Mongolen uit onze trein wat meer plaats in hun coupé. In het begin moesten ze metr vieren één bank delen omdat hun materiaal de andere drie in beslag nam. Ze sliepen waarschijnlijk om beurten. De volgende dagen werd het handeldrijven niet minder maar anders. Er kwamen een hele groep nieuwe handelaars op onze trein en die dreven vooral ruilhandel onder elkaar. Dag en nacht werden goederen weg en weer gedragen tussen de verschillende wagons en coupés. Vanuit ons rokershoekje, aan het eind van de gang, hadden we een uitstekend zicht op alle vertransporteerde handelswaar : schoenen, douchekranen, sigaretten, snoep, wieldoppen, serviezen, brandhout, tijdschriften... Je kan het zo gek niet bedenken of je vond het er. Ook de politie kwam er regelmatig voorbij en zelden met lege handen. Achteraf hoorden we van onze Mongoolse gids dat deze handel vooral diende om goederen aan te kopen en belastingen te ontwijken. Elk van de handelaars kwam aan met heel veel goederen van één soort en eindigde de reis met een heel gamma aan goederen. Waarschijnlijk is er aan de grens een limiet aan de hoeveelheid van één soort die ze maar mogen invoeren. Tussendoor werden we ook nog eens vergast op verkopers op het perron. Nadat die de goedkeuring van onze provodniks hadden afgeskocht met geschenkjes, liepen ze heel de trein af met hun marchandise - vooral plastieken speelgoed en huisraad. Geen spek voor onze bek dus. Eén uur voor de grenscontrole viel alle activiteit helemaal stil. De gangen liepen leeg en iedereen bleef in zijn coupé. Onze militairen die al vier dagen lang half (of heel) dronken in hun training rondzwalpten, kwamen piekfijn uitgedost in uniform op de gang staan. Sommigen herkenden we nauwelijks. Mongolian Border Troops lazen we af van hun naamkaartjes. We hebben ze direct Bordercollies gedoopt. Op het einde van onze treinreis hadden we een hele reeks nieuwe spreekwoorden. 'Je drinkt als een Mongool', 'je stinkt als een Mongool', 'Je spuugt als een Mongool'... Jammer genoeg allemaal aan den lijve ondervonden.

Onze allereerste stop in Rusland kwam eraan rond tien uur. We kochten alleen maar brood. We hadden meer dan genoeg meegebracht van thuis en konden nog enkele dagen voortdoen. Na tien minuutjes moesten we terug op de trein.

Na de middag nog wat geslapen, gelezen, geluierd. Vakantie dus. Trein verkend, door raam gekeken, thee gedronken. O ja, er staat inderdaad in iedere wagon een samovar met kokend water en een kraantje. Daarop staat een potje getrokken thee waarvan je zoveel mag nemen zoals je wil. Ik heb van mijn hele leven nog niet zoveel thee gedronken als die vier dagen.
Buiten is het wat ontgoochelend: er is helemaal niets te zien, geen dieren geen mensen, geen auto's niets. Het enige dat we zien zijn bomen en dan vooral zilverberken. Ik heb er genoeg gezien voor heel mijn leven.O ja, in ene boek las ik dat de Russen zoveel berken plantten langs de spoorweg omdat die bomen de lucht zuiveren in een omtrek van drie meter. Zo houden ze hun 'akkers' gezond. En in Siberié zouden de 'ijsjes' uitgevonden zijn door aan het zeer lekkere, bevroren hars van de berken te likken. Waarheid of legende. We hebben het niet geprobeerd...

We wilden wel eens warm eten en gingen tegen 19 uur naar de restauratiewagen waar we uitgebreid het menu bestudeerden, onze keuze maakten en eerst een aperitief bestelden. Aan het tafeltje naast ons zaten enkele zatlappen en toen die op luidruchtige toon mijn aansteker opeisten, gaf ik hem maar stilletjes af. Er kwamen nog een paar van die treinmongolen binnen en de gemoederen raakten verhit. Een paar heethoofden waren ferm boven hun theewater en raakten over hun kookpunt en plotseling was het hek van de dam. Ze vlogen op elkaar, sloegen flessen stuk en staken elkaar dat het niet meer mooi was. Het ging allemaal zo ontzettend snel dat we de eerste seconden als versteend bleven zitten. Pas toen de ernst van de situatie tot ons doordrong en we beseften dat we amper vijftig centimeter van het strijdtoneel af zaten, maakten we ons snel uit de voeten. Bloed, zweet en bier vlogen door elkaar door de lucht. In het weglopen zag ik nog een van die Mongolen mijn pint wegritsen en er op een zijn hoofd mee slaan. Ik had ze toch liever gewoon uitgedronken. In alle haast was ik mijn videocamera vergeten en moest dus Jaak en Katrien laten lopen. Ik zette drie stappen terug, snukte mijn kostbare bezit weg en holde hen achterna, op één been. Want ook mijn rechter espadrille had het onderspit moeten delven in de vlucht naar Egypte.
Niemand heeft ooit zo vlug een tiental wagons doorlopen. In onze coupé, direct op slot gedaan, hadden we tijd om op adem te komen en de door de shock in tranen uitbarstende Katrien te troosten. Ongeloof, verwondering, verbazing en afgrijzen waren de hoofdthema's van onze verhalen. Het duurde lang voor we er een grapje over konden maken en we beslisten daar niet meer te gaan eten. We hadden nog wel honger maar zouden die avond geen eten door onze keel krijgen.

Een uurtje later zag ik de eerste sneeuw langs de rails en was het grootste leed al geleden.

We stopten om kwart voor negen in Perm, speelden yahtzee tot halfelf en vielen als een blok in slaap. Wat de anderen aan nachtmerries hadden weet ik niet maar ik sliep de slaap der onschuldigen.

O ja, we hadden vandaag 27 roebel opgedaan met ons drieën...Een recordje in zuinigheid.

Met Robert aan tafelGeslagen Jaak de Dag na de SlagMajoorski Chriski
   

Vrijdag 2 november 2001

We waren op om zeven uur, wilden ons gaan wassen maar zagen er tegen op omdat die WC echt wel heel erg kan stinken. We stelden het nog maar eventjes uit. Zo erg veel valt er niet te vertellen over onze treinbelevenissen zodat ik zal proberen dag na dag één item te behandelen dat de lezer misschien kan interesseren.

Tijd om even iets te vertellen over de Provodnika. Dit is de Russische naam voor de mevrouw die verantwoordelijk is voor de gang van zaken in de gang. Zij moet ervoor zorgen dat alles proper blijft, zij moet ervoor zorgen dat de wc gekuist wordt en zij moet eventuele problemen oplossen. Met onze restaurantproblemen hebben we haar maar niet lastig gevallen. Ze was waarschijnlijk even of nog banger van die gasten dan wij. Zij zorgde ervoor dat de samovar altijd goed gevuld en op temperatuur was. We zagen haar regelmatig de gang en de WC kuisen maar sorry, met die vuile Mongolen was het genoeg dat er één na de Provodnika gekomen was om de WC weer te laten stinken als de pest. Het was dus de kunst om zo rap mogelijk na de kuis naar het toilet te gaan.

We lazen een beetje en gingen toch, met een klein hartje, naar de restauratiewagen op zoek naar mijn espadrille. Die had de garçon nergens gezien, hij wist van niets. Toch waagde hij het om een poging te doen een beetje van zijn schade op ons te verhalen.
"You pay two beers", zei hij.
We hadden er misschien één slok van genomen en hadden de schrik van ons leven opgelopen. Hoe durfde hij? Met een simpel, minachtend glimlachje maakte ik me er van af zonder commentaar te geven.

's Middags aten we lekkere broodjes met salami en kaas en hadden absoluut géén behoefte aan warm eten. Het smaakte ons overheerlijk. Een siesta deed me deugd maar ik programmeerde mijn innerlijke wekker omdat ik zeker wakker wilde worden tegen half twee. Op deze stop in Vyatka kochten we iets waarvan we in de literatuur al uitgebreid de lof hadden horen beschrijven: blini's. Dit zijn een soort koude pannenkoeken met droge platte kaas. Heerlijke tussendoortjes. We hoopten dat we die lekkernijen iedere keer op iedere stop zouden tegenkomen maar dit was de eerste en laatste keer dat we ze vonden. Slechts 2 roebels per stuk. Heerlijk.
Op de trein kochten we nog wat yoghurt voor Jaak zijn maagske (10 roebel per stuk, niet duur voor een maagpilletje) en een chocoladereep (26 roebel) met een mooie wikkel. Dit alles kochten wij aan een madammeke dat de hele dag de trein op en neer dweilde met haar mandeke om haar waren te slijten. Sympathieke vrouw die echter niets anders dan Russisch sprak.

Een beetje later leerde Jaak Katrien schaken, of toch de basisprincipes ervan. Met wat hulp (gevraagd: Chris) én ongevraagde (Robert) kon ze de schade beperken maar dank zij de welwillendheid van Jaak duurde de partij langer dan normaal was.

Om 15 uur hadden we de volgende stop in Balyezino en kochten we hoe moet je anders een reisverslag vullen?) 4 yoghurts (à 10 r), 1 salami van 20 cm (38 r), 1 fles bier van 1,5 l (25 r) en 1 pakje L&M sigaretten (15 r). Je moet lopen, zoeken en je haasten. De stops duren zogezegd tien of twintig minuten maar gewoonlijk roepen de provodniks je veel vroeger terug op de trein. Laat je niet overbluffen en blijf tot het allerlaatste.

Katrien had de smaak te pakken en speelde nog een spelletje schaak met Jaak tot het donker werd.

Er was nog een stop om 19 uur mijn tijd (eigenlijk al 23 h). We kochten nog wat brood en boter (20 roebels)

Onze avondactiviteit bestond uit een spelletje poker waarbij Katrien ALTIJD carré max gooide en we ons flesje bier deelden.

dé wctreinzichtthee van de samovar  

Zaterdag 3 november 2001

Goed geslapen vannacht maar wel, op mijn aanraden, ons hoofdkussen verlegd van kant. Langs de kant van de venster komt er nogal wat koude uit. Slaap dus beter met je hoofd naar de gang toe.
Na het ontbijt speelden we nog een spelletje schaak, lazen we in ons boek en stonden we veel door het venster te kijken.

Raar fenomeen: het wordt op de trein vroeger donker dan elders. Op mijn horloge die nog op de Moskoutijd staat is het al 16 uur in de namiddag, in plaatselijke tijd is het al 19 uur en in België zou het nog maar pas 14 uur zijn. En het is al donker, raar. Nee, eigenlijk niet want op drie dagen kom je in vijf verschillende tijdzones waardoor het uur telkens opschuift. Het verstoort wel je bioritme omdat je eigenlijk niet goed meer weet wanneer je moet eten of slapen. Je probeert wel wat vroeger te gaan slapen maar dat lukt niet echt. Probeer gewoon naar je lichaam te luisteren en dan lukt het wel.
Er was een volgende stop in Omsk en hier komt weer ons boodschappenlijstje:
  • 1 kippebil,
  • zakje warme patatten (6 r)
  • 3 eieren (3r /stuk)
  • salami (33 r)
  • 2 lange chocoladewafels 5 r/stuk
  • vodka 70 r/1,5 l
  • 3 hamburgers en gehaktbeignets (30 samen)
  • 1/2 l melk (r 30)
  • 1 wit brood (8 r)
  • 5 appels (30 r)
    Uitgebreid gewinkeld dus. Net als thuis (Delhaize, Aldi...) met de armen vol 'thuisgekomen'.

Deze avond hebben we onze vodka geleegd maar geen spelletjes gespeeld. Jaak wilde zich zo rustig mogelijk houden, zijn maag protesteerde. Het glas heffen kon hij nog juist. Vroeg gaan slapen, rond halfelf. Je doet wel niet veel op de trein maar van nietsdoen word je ook moe.

Superkoopjes op het perron Drummen om te verkopen
  

Zondag 4 november 2001

Vroeg gaan slapen is gewoonlijk vroeg opstaan. Deze oude Kuurnse wijsheid ging ook nu weer op. Het was pas zeven uur in de morgen en we waren gestopt in Irkutsk. We zijn dus in Siberië, waauw. Is het hier nu Siberisch koud? Het ziet er niet al te warm uit en er ligt veel sneeuw langs de sporen. Ik bleef eventjes kijken maar omdat mijn twee companen nog sliepen, volgde ik hun voorbeeld en was het half tien toen we uiteindelijk aan deze nieuwe dag konden beginnen.

We waren juist op tijd wakker om het waarschijnlijk mooiste natuurzicht van de reis te mogen bewonderen. We passeerden een prachtig stuk van het grootste zoetwatermeer ter wereld. Het Baikalmeer is inderdaad zo schitterend als het overal beschreven wordt. Met besneeuwde bomen op de voorgrond en indrukwekkende bergtoppen aan de overkant flonkert het helblauwe water ons toe. We waren goed voor nog een paar honderd kilometer en weken niet al te veel van ons venster.

Rond halfvier reden we over een metalen, rode brug en over de half bevroren rivier de Selenga. Schitterend hoe de ijsschotsen elkaar probeerden te vermijden.

Ik voelde de stoppels op mijn baard en wilde toch een beetje proper zijn tegen dat we bij de échte Mongolen aan zouden komen. Zonder warm water en zonder een degelijke spiegel vergat ik de helft van mijn gezicht te scheren maar ik voelde me toch al wat frisser.
Ik probeerde iedere dag de batterijen van mijn fototoestel en van mijn videocamera op te laden maar vandaag kreeg ik geen stroom. Blijkbaar kan de provodnika de electriciteit van de verschillende stopcontacten afzetten. Zelfs toen ze weer aangezet waren, deden ze raar. De batterijen die er gewoonlijk anderhalf uur over doen om opgeladen te zijn, waren klaar in vijf minuten. Een tweede poging leverde al beter resultaat op maar ik bleef nog een tijdje sukkelen. Waarschijnlijk wordt de stroom regelmatig onderbroken zodat het opladen niet geheel volgens de regels van de kunst verloopt. Toch heb ik nooit erge problemen gehad.

Om kwart na vier was er een stop in Ulan Ude en kochten we ons avondeten: drie hamburgers, een kippebil, drie patattenkoeken, brood en 3 ontbijtkoeken (voor 70 r samen)
Om onze laatste avond te vieren op de Russische trein en vooraleer we in Mongolië zouden zijn, wilden we persé nog eens een flesje champanski kraken. We hadden het drinken van deze godendrank gereserveerd voor de laatste avond. Ik vertrok met volle moed naar de restauratiewagen maar vond dat die verder leek te zijn dan gewoonlijk. Onderweg viel mijn roebel rijkelijk laat maar ik had ergens gelezen dat er in Mongolië een nieuwe restauratiewagen aangekoppeld zou worden. O ja, de Russische moet eerst afgekoppeld worden en dat was ondertussen al gebeurd.Geen restauratiewagen dus meer en dus ook geen champanski. Onze allerlaatste hoop was gevestigd op een eventuele stop onderweg en een illegaal kraampje.

Onze provodnika deed haar ronde in de trein om in iedere coupé haar vijftig roebels op te halen. Wij vielen uit de lucht maar moesten toch betalen voor het gebruik van de samovar en het altijd klaarstaande theepotje. Het was niet veel geld maar toch vonden we het raar dat we niet op voorhand verwittigd waren. We lieten Robert natuurlijk niet zijn deel betalen omdat die brave jongen helemaal geen thee had gedronken.

Het verwisselen van de wielen begon om 9 uur 20 en we mochten een uurtje buiten. Er was geen drank te krijgen, alleen maar snoep en Katrien deed haar best om zich te beperken. Het aanbod is enorm en je mag zelf een zakje vullen (net als in Kruidvat bvb.) Katrien nam van de lekkerst uitziende soorten twee stuks en zat al rap aan een halve kilo. Zestig roebels waren we daarvoor kwijt. We bleven wachten op de trein tot vijf na elf en werden constant door elkaar geschud omdat ze blijkbaar bezig waren de wagons los te koppelen. Op dat moment kregen we ons tweede groot Murphymoment van de reis.

Een douairière (prachtig woord) kwam onze Mongoolse visa bekijken, keek drie keer in ons gezicht en riep me. Mijn visum was vervallen... Ik keek naar haar vinger die de datum aanwees en kon niet anders dan haar gelijk geven. Op ons papiertje stond 27 juli 2001 als begindatum en vermits het visum slechts drie maanden geldig is, was ik meer dan een week over tijd. Net als Katrien en Jaak trouwens.
"Please wait here", zei de vrouw die me deed denken aan foto's van Helga, de dochter van de Führer uit SM-boekjes. Ze was niet onvriendelijk maar door haar imposante lichaamsbouw boezemde ze me toch ontzag in.
Wait, natuurlijk, waar zou ik wel lopen in mijn boxershort en in de nachtelijke vrieskoude?
Het duurde nog tot na twaalven tot we ons mochten aankleden en onder militaire escorte begeleid werden naar een gebouw aan de andere kant van de sporen. We mochten braafjes stilzitten terwijl een man aan een computer onze papieren in orde bracht.
"Fifty dollars per person", was het volgende dat we van onze matrone hoorden. Op mijn korte en verbaasde opmerking dat dit zelfs meer was dan in België, kreeg ik een 'snak en een beet' en zweeg maar weer vlug. We betaalden en waren een half uurtje later in onze coupé, 150 US $ lichter maar een Murphyverhaal rijker


baikalmeer door vuile ruithoeveel kilometer al ?ditoBaikalmeer zonder ruit

Maandag 5 november 2001

Vandaag zijn we dus echt in Mongolië. We zijn opgestaan met de wekker omdat we ons zeker niet konden permitteren ons te overslapen. We waren echter nog stukken te vroeg klaaromdat we pas tegen tien uur in Ulan Bator arriveerden in plaats van om tien voor negen. Nu is het daar Click for Ulaan-Baator, Mongolia Forecast Tot mijn grote verbazing stonden er ons geen touts op te wachten en waren we op onszelf aangewezen om een hotel te zoeken én te vinden.

Mijn keuze was gevallen op Idre's Guesthouse dat in de Lonely Planet goedgekeurd, niet duur en centraal gelegen was. Op het kaartje uit onze reisgids zag het er heel simpel uit maar het draaide anders uit. We sukkelden met onze rugzakken, kregen koud, konden nergens de weg vragen en bleven maar stappen. Uiteindelijk geraakten we toch in het centrum waar een jonge Mongool uitgebreid onze kaart stond te bestuderen en tenslotte antwoordde:
"Fucking complicated". We lieten het maar daarbij, gingen in een bank geld wisselen en hoewel ze daar vlot Engels spraken konden ze ons ook niet echt helpen. We bleven zoeken maar werden het beu en namen een taxi naar een hotel dat er ons groot genoeg en betaalbaar genoeg uitzag. De taxi kostte bijna niks (250 tg = 8 BEF) en dus hadden we er spijt van zoveel tijd verloren te hebben (gelopen).
Het was al na de middag toen we in Hotel Zaluchuud arriveerden, onze bagage uitlaadden en een koffie in de bar dronken (één koffie kostte 210 tg).


We geraakten verwend, verwensten nogmaals onze domheid en namen nogmaals een taxi, nu naar Gandan Monastery. Alle tempels waren dicht maar we genoten toch van de buitenzichten en draaiden aan de gebedstrommels.

Het werd stilaan tijd om eens te informeren voor morgen. We namen een taxi, ja natuurlijk, naar Intourtrade en gelukkig maar want we zouden het nooit gevonden hebben. In kamer 202 moesten we zijn maar ik was natuurlijk via een verkeerde ingang het gebouw binnengegaan en was blijkbaar op de gang van de plaatselijke hotelhoertjes. Mis poes. Enkele minuten later - met wat hulp - toch de juiste gang en deur gevonden. Directeur Bold ontving ons en verbaasde ons eerst met te zeggen dat er waarschijnlijk door de kalme toeristenperiode geen mogelijkheid zou zijn om te overnachten in een ger. Een dagtrip zou wel kunnen. Toen hij het ontgoochelde gezicht van Katrien zag, nam hij zijn GSM, belde en kon dan toch beter nieuws brengen. Weliswaar voor de prijs van 66 US $ per persoon. Het ontgoochelde gezicht veranderde mirakuleus in een schitterend glimlach van oor tot oor. Niet goedkoop maar het was al te laat op de middag om nog verder te zoeken. We stonden voor een voldongen feit als we het wilden doen. We betaalden en spraken af voor de volgende dag.

Voor de verandering nog eens een taxi naar Sükbataar waar we in het Postkantoor 40 postkaarten kochten en evenveel postzegels. Dat grapje kostte ons 28.800 tg en we betaalden nog eens 19.500 tg voor een telefoonkaart. Onze enorme hoeveelheid tugruks minderde niet rap genoeg zodat we nog in een supermarktje een flesje vodka (4500 tg) en tien sandwiches(750 tg) aanschaften.

Het was ondertussen donker en laat zodat we honger kregen . Het restaurant in ons hotel zou het worden. De eerste taxi had ons waarschijnlijk verkeerd begrepen en zette ons op een plaats af waar we ons niet herkenden. Niet moeilijk na één dag. De tweede taxi vond wel de juiste weg.

Pech, in het hotel was het restaurant dicht maar ze zouden ons nog kunnen helpen in de Chinees op de eerste verdieping. Dit restaurant zou volgens de receptie van ons hotel echter toe zijn maar toch zouden we er terecht kunnen. We snapten er helemaal niets van maar gingen mee en kregen lekkere Chinese schotels voor onze neus. Dat was wel niet helemaal wat we verwacht hadden te eten in Mongolië maar je moet roeien met de riemen die je hebt. Eigenlijk waren we al fel bvlij dat we iets konden eten.

Om half negen waren we op onze kamer, namen we een hete douche (deed deugd zeg), pakten we de bagage voor morgen in en schreven we onze postkaartjes. We hadden twee kamers en zouden dus wat privacy hebben, dachten we. Ik wilde onze twee bedden tegen elkaar schuiven maar na een luttele verplaatsing van vijf centimeter zakte één van de bedden door zijn karkas. Katrien heeft op de matras op de grond mogen slapen.

Het was koud in de kamer maar we geraakten toch in slaap (in onze slaapzak)

zicht op Ulan BatarGandan MonasteryPraktizerend boeddhist

Als je nog meer foto's of info wilt over deze uitstap, klik dan door naar http://www.intourtrade.mn/ 

Dinsdag 6 november 2001

Bold zou ons komen ophalen tegen tien uur zodat we maar voor alle veiligheid onze wekker hadden gezet om acht uur. We ontbijtten op onze kamer met onze lekkere sandwiches, droegen onze bagage naar beneden en meldden ons kapot bed. Ze schrokken er niet van...

Bold had ons gisteren gevraagd of we een gids meewilden maar omdat het al genoeg geld kostte en ik niet al te graag gidsen (opdringerige types meestal) mee heb, zagen we ervan af. Toch was een vrouwelijke gids mee. Muhntsag is haar naam en ze spreekt heel vlot Engels zodat we uiteindelijk toch blij waren dat ze er bij was. Na een uurtje rijden in de 4x4 maakten we enkele stops bij o.a. de bekende schildpadrots maar ook om Bold goedendag te laten zeggen aan een familielid dat met zijn paard passeerde. We mochten elk om beurt ook eens op dat paard zitten voor de foto. We reden door een prachtig sneeuwlandschap en arriveerden tegen half twaalf in Juulchin, de naam van ons kamp, in het Terelj National Park. We kregen eerst koffie, babbelden een beetje en gingen onze comfortabele ger bekijken. Een uurtje later mochten we gaan eten.
We kregen een slaatje, soep, mutton en als toetje fruitsalade en dan koffie. Lekker en meer dan voldoende.

Na het eten begeleidde een ons onbekende vrouw ons naar een ger van lokale nomaden waar we paardenmelkthee en koekjes met clothed cream kregen. Katrien smulde alsof haar leven er van afhing maar ik lustte geen van beiden, vooral niet juist na het eten. We namen wat foto's, lieten de videocamera zijn werk doen maar voelden ons al gauw als zaten we aapjes te kijken. We hadden geen contact met die mensen en zaten daar maar muttonachtig te glimlachen...

Op ons eentje (nou ja, met ons drieën) deden we tussen half drie en half zes een schitterende bos- en bergwandeling. We kwamen regelmatig sjamanistische steenhopen tegen waaraan blauwe sjaaltjes hingen. Volgens dit natuurgeloof moet je een steentje bij de hoop bijleggen en er driemaal rondlopen (clockwise) dan... weet ik niet meer. Brengt het je geluk of val je niet van de berg... iets dergelijks.
Ik ontdeed nog een dode Mongoolse koe van haar hoorns en Jaak liet bijna zijn handen vervriezen zodat we blij waren dat we weer binnen in onze ger zaten. We stookten het vuurtje nog wat hoger, warmden onze handen en lazen in ons boek.

Tegen 19 uur werden we terug in het restaurant verwacht om een typisch Mongools avondmaal tot ons te nemen. Katrien kreeg het gevraagde : Mongolian tea als voorgerecht; dan als hoofdgerecht dumplings met twee lappen op ons bord (een met patat en één met vlees). Achteraf kregen we weer fruitsalade met koffie.

Jaak en ik speelden nog een uurtje échte snooker en dan was de sauna (jawel, je leest goed) warm genoeg om ons te ontvangen. We hielden het iets langer dan een uur uit en gingen, volledig gezuiverd, slapen.

's Nachts werd ik een paar keer wakker doordat de madam van het kamp ons vuurtje kwam bijstoken.

Oefenen voor Olympische WinterspelenOnze slaapplaatsenKatriens lekkernijenMooi zicht, héIn een van de Gers 

Woensdag 7 november 2001

We mochten tegen half negen aan het ontbijt en stonden dus maar op met de wekker om 7 uur om ons deel niet te missen. Na de lekkere broodjes en pannenkoeken reden we met de wagen naar een ander Gerkamp. Bij familie van Bold kregen we weer dezelfde 'lekkernijen' als gisteren en werd onze chauffeur (directeur van de organisatie nb) verleid tot het zingen van een Mongools volksliedje. Hij werd opgevolgd door de eigenaar van de ger die een heel wat minder mooie stem had en na lang aandringen door Jaak (als kind nog koorzanger) en mezelf. Wij hadden tien minuten nodig om een liedje te vinden waarvan we meer dan één strofe kenden en kwamen uit op 'De herdertjes lagen bij nachte..', na twee strofen vervangen door het Club Brugge volkslied waar ergens poepzat in de tekst voorkwam. Katrien was geshockeerd maar die gasten verstonden het toch niet en we kregen vanzelfsprekend applaus. Ik zing echter zo vals als een Vlaamse kat zodat het applaus meer vriendschappelijk dan muzikaal bedoeld was... We namen in alle vriendschap afscheid, stopten op de terugweg nog voor een paar prachtige vergezichten langs besneeuwde rivieren en belandden tegen de middag weer in ons hotel. Daar stonden onze rugzakken, nog netjes in een aparte ruimte en kregen we een andere kamer. Waarschijnlijk was het bed nog niet hersteld. Onze nieuwe kamer was verzegeld. Wat was er daar gebeurd ?

We trokken het ons niet aan, namen een taxi naar het Paleis van Bogda Khan maar moesten daar tot onze grote spijt vasstellen dat het op woensdag (én ook op donderdag) gesloten was. Gelukkig had onze chauffeur gewacht zodat we met dezelfde wagen dan maar naar de volgende tempel reden.

 Chojin Lama Temple (2000 tg toegangsprijs, 5000 om foto's te nemen en 10000 voor een videocamera (dat laatste doe ik nooit)
Het is een redelijk uitgestrekt complex met verschillende tempels waar we altijd vergezeld waren door een nors kijkend meisje dat zonder iets te zeggen de deuren voor ons open deed en dan na ons weer sloot.
In de tempels zagen we enorm mooie maskers van papier maché en veel mooie beelden. Tot in de nok geschilderd. Iedere vierkante centimeter is in kleur.

Om 15 gingen we te voet naar het marktplein waar we enkele foto's namen van Sükbataar, een nationale volksheld, en dan naar het

 Natural Museum of History (1700 tg ingang) maar niet betaald voor foto of video)
Educatief museum, eigenlijk iets voor schoolreizen en niet zo interessant voor volwassenen. Veel van de wereldbekende dino-skeletten zijn (tegen goede betaling wellicht) uitgeleend aan andere musea en slechts de eieren zijn de moeite waard. Originele dino-eieren uit de Gobi-woestijn. Tof. Toch in alle stilte een fotootje genomen. Oeps, de flash ging toch af. Niets gezien, niets gehoord.

Om kwart na vier met een andere taxi naar de Department Store waar we het obligate aantal souvenirs voor de kinderen, voor ons en voor anderen kochten en waar we op een ander verdiep in de supermarkt ons middagmaal voor de volgende dag bijeensprokkelden. Ook een beetje dollars gewisseld op de vierde verdieping.

We lieten ons dan naar ons hotel rijden waar we onze valiezen inpakten (herpakten is het juiste woord want de souvenirs gingen nu allemaal in de handbagage). We dronken een theetje op onze kamer met warm water van de lavabo en telden ons geld.

Onderweg in de taxi had ik enkele restaurants gezien en inderdaad, we moesten niet ver lopen om een soort studentenrestaurant te vinden.
2 x mongolian steak, 1 x mongolian spaghetti, 4 x cassbier, 1 x thee (9150 tg)

Nu konden we blijkbaar wel gebruik maken van de telefooncel in ons hotel en we verwittigden allemaal het thuisfront dat alles goed en wel was, dat we van hen hielden en hoorden tevreden dat het met hen ook goed ging en dat ze ons ook graag....

Op dat goede nieuws dronken we een flesje vodka op onze kamer, namen we een douche en gingen we niet al te laat slapen.

Het gesloten Bogda KhanZelfportret in Chojin LamaDino-omelet in wordingSükbatar op de marktMongolisch eten
 

Donderdag 8 november 2001

Nogal vroeg wakker met de wekker, rond zes uur en we namen zoals gewoonlijk het ontbijt op de kamer. We betaalden ons hotel (hadden het al twee maal gevraagd maar hoopten toch dat ze het zouden vergeten hebben). Nee, dus. Om niet in dezelfde fout te vervallen van toen we arriveerden namen we een taxi naar het station waar we mooi tegen kwart voor acht aankwamen. Het was even zoeken op welk perron de trein zou stoppen maar het werdnogal vlug duidelijk.

Om 8 uur 25 stapten we voor de tweede maal op de Transmongolië Express, ditmaal op weg naar China. Joepie.
Het was bijna negen uur toen we vertrokken en we moesten oorspronkelijk onze coupé delen met een Chinees. Na een uurtje was die weeral weg en ging bij zijn landgenoten zitten. We waren dus met ons drieën alleen. Beter zo.
Onze provodnika had blijkbaar de moeite niet genomen om de te stoken en de verwarming aan te zetten zodat het daar maar 16° warm was. Bitter koud om stil te zitten. We hadden zelfs geen warm water in de samovar om een theetje te zetten. Het was op de gang wel heel wat properder en rustiger dan op onze eerste treinreis. Om ons op te warmen gingen we dan maar een koffietje drinken in de restauratiewagen die er weer heel anders uitzag dan de eerste. Minder bloed vooral.

We wilden zeker om half twaalf klaar zijn om tijdens de voorziene stop wat inkopen te doen maar de stop kwam er niet zodat we moesten wachten op een volgende gelegenheid. Ons sober middagmaal bestond die dag dus slechts uit broodjes met salami, zizkaasjes, smeerkaas en paté. Dit alles met een soepje en chocolade als dessert. Toch niet slecht.

Buiten reden we ondertussen al in het minst mooie deel van de Gobiwoestijn maar nu en dan, heel sporadisch dan wel, zagen we een groepje kamelen. De eerste maal in mijn leven dat ik kamelen niet zie werken.

Eindelijk was er dan een stopje rond 16 uur 30 in Sayn Shand. Tijdens de tien minuten dat we buiten waren kochtten we oploskoffie (drie zakjes voor 120 tg), een spel kaarten (500 tg), sigaretten (2 x 350 tg), lucifers à 30 tg en koekjes voor 600 tg. Goed gekocht, al zeg ik het zelf.

We hadden tamelijk laat gegeten zodat we niet té vroeg naar de restauratiewagen wilden gaan. Het was twintig voor zeven toen we het uitgebreide menu onder ogen kregen. Het eerste dat we echter van de garçon hoorden was: " Closed at seven o'clock ". We bestelden vlug drie verschillende menu's maar kregen een vaag antwoord dat er alleen fried chicken zou te krijgen zijn. Na wat ongeloof en over en weer gepraat klopte dat. Heel toevallig was Fried chicken wel het duurste (4800 tg) op het menu en even héél toevallig konden we niet het Mongoolse bier krijgen maar het véél duurdere Tiger.

Het eten was niet slecht maar het smaakte ons niet half zo lekker als gisteren en was dubbel zo duur (18500 tg).

We naderden China en dat ondervonden we. Vanaf halfnegen kregen we regelmatig bezoek in onze coupé van douaniers, politie, militaire politie en van alle soorten geüniformiseerde mensen. Lui die ik dus liever niet zie of toch zo weinig mogelijk. Het liep tegen elf uur als we in de hangar geraakten waar we getuige zouden zijn van de wisseling van de onderwielen. We kregen een schokje aan de voorkant en we kregen een schokje aan de achterkant. We kregen nog een schok aan de voorkant... en zo ging het een half uur door. Waarschijnlijk werden de wagons losgekoppeld om ze één voor één van nieuwe wielen te voorzien. Reden is dat de sporen in China een andere breedte - slmaller of breder, ik vergeet het altijd - hebben dan die in Mongolië. Aan het venstertje achteraan onze wagon stonden we te kijken naar de wagon voor ons en naar die naast ons tot we plotseling verbaasd vaststelden dat we al in de lucht hingen. We hadden er helemaal niets van gezien of gevoeld. We konden dus alleen maar het zakken bewust meebeleven. Maar eigenlijk is het een scheet in een fles.
Soit, met al die commotie was het ondertussen weeral middernacht en werd het tijd om ons bed op te zoeken.
Een uur later werden we echter hardhandig wakker gemaakt door de Chinese politie en douane die ook nog eens de schijn moest geven van te werken.

treinzicht MongoliëBulten in de woestijnNieuwe wielen
    

Vrijdag 9 november 2001

We sliepen tot negen uur en bewonderden het prachtige landschap met bergen, canyons en rijstvelden. We konden er niet genoeg van krijgen en bleven maar aan het venster staan.
Raar maar waar: hoe langer ik op de trein zit hoe minder ik me verveel. Omdat onze provodnik het nog altijd vertikte warm water te stoken in zijn samovar gingen we maar eens kijken in de restauratiewagen. Daar konden we alleen betalen in Chinese Yuan of Amerikaanse dollars en wilden ze de rest van onze Mongoolse togroks niet. Jammer voor hen, maar dan consumeerden wij ook niets.

Een uurtje later konden we dan toch eindeljk thee drinken in onze coupé en hielden ons onledig in de rustige en stilaan door de zon opgewarmde gang.

Omdat we nog geen stops hadden gemaakt hadden we geen kans gezien mondvoorraad in te doen. Dus aten we 's middags maar onze aller- allerlaatste restjes op.
Een uur later was er dan wel een stop van meer dan een half uur (maar na tien minuten moesten we binnen) maar ze wilden natuurlijk geen togroks of dollars aanvaarden zodat we helemaal niets konden kopen.

Een uur later kwam onze volgende grote gebeurtenis van deze tot nu toe schitterende reis: we zagen in de verte de eerste contouren van de Great Wall. Natuurlijk moest er daar een fotootje van komen. Nu en dan zagen we de Muur dichterbij komen en dan weer verder gaan maar we bleven hem volgen tot in

 BADALING
Daar hield de trein halt voor een kwartiertje en konden alle reizigers zich vergapen aan het stuk prachtig gerestaureerde Muur dat daar te bewonderen was. We zagen een Muur met nieuwe stenen, geheel bedekt met vlaggetjes op de muren en krioelend van het volk. Het zicht rondom was toch schitterend en we waren blij dat we gestopt waren. Toch beslisten we dat we, als het enigszins mogelijk zou zijn, niet daar de Muur te gaan bezoeken maar op een plaats waar het bouwwerk authentieker is.

We zagen de kilometers aftellen. O ja, nog een randstukje over de kilometerpaaltjes

Rusland:
De telling begint bij 0 en gaat systematisch omhoog zodat je weet hoeveel kilometer je al afgelegd hebt
Mongolië
Aan de Mongoolse grens herbegint de telling en wordt weer opgeteld vanaf nul
China
Hier wordt afgeteld naar Beijing toe zodat 0 het eindpunt is

Beijing heeft een prachtig maar o zo druk station en omdat we al anderhalve dag van onze restjes leefden was onze eerste bekommernis een bank vinden om geld te wisselen. Dat liep niet van een leien dakje omdat niemand ons een bank in het station kon aanwijzen. "Bank outside", was het enige Engels dat ik verstond.
Nu is het daar Click for Beijing, BeiJing Forecast We vroegen het aan verschillende mensen maar konden ons nietecht verstaanbaar maken, zelfs niet met de vertaling in chinese tekens uit ons boek. Dan had ik de gelukkige ingeving het aan twee Westerlingen te gaan vragen die aan een Irish Pub iets zaten te drinken. In de Henderson Building (het grote gebouw dat je schuin rechts voor je ziet als je met je rug naar het station staat) heb je op de vierde verdieping een Bank of China. Eindelijk.

We hadden nu zelfs geld om een taxi te nemen tot aan ons van Kortrijk uit geboekte hotel. Ik wist dat het redelijk ver was en ik had geen zin om een paar uren te verliezen met het zoeken. Voor 20 Yuan (100 BEF) stonden we aan Zhaolong International Youth Hostel waar natuurlijk geen reservatie terug te vinden was. Gelukkig was er meer dan voldoende plaats zodat we maar onmiddellijk onze kamer voor drie nachten betaalden. Het kostte 60 Yuan (300 BEF) per persoon en per nacht wat onze rekening op 540 Yuan bracht.

Het restaurant in het hotel bood, volgens een uithangbord, menu's tegen heel schappelijke prijzen en zou open zijn tussen half zes en half zeven. We hadden dus nog eventjes en ik wilde nog wat verse lucht scheppen, zonder rugzakken. De Chinese temperatuur was hoogst doenbaar, zelfs 's avonds nog, zeven graden volgens een plaatselijke thermometer. Terug in ons hotel zagen we in plaats van een restaurant een soort refter met voldoende keukengerief. Je wordt verondersteld je eten zelf klaar te maken net als in ons jonge jaren in ouderwetse jeugdhotels. Nee, laat maar. We hadden er geen zin in. Aan de receptie konden ze ons een goed, goedkoop restaurant aanbevelen en ze hadden gelijk. Neem het eerste restaurant als je rechts afslaat bij het buitenkomen van het hotel.

We lieten ons eten verteren door middel van een avondwandeling en deden inkopen in een shopping center (links afslaan als je het hotel buitenkomt). We vonden o.a. bier aan 6 yuan, wijn aan 19 yuan, pakjes nescafé aan 12 yuan, brood, boter en yoghurt voor een totaal bedrag van 93 yuan

Om 21 uur waren we op de kamer, namen we een douche en dronken ons pas gekocht alcoholhoudend vocht. Het wijntje had een prachtig etiket The Great Wall) maar smaakte naar katte... en het bier (Tiger!!!) was al niet veel beter.

Eerste zicht op de...De Muur bij BadalingChinees perronOp z'n Chinees
    

Zaterdag 10 november 2001

We wilden vandaag niet al te laat op zijn maar hadden onze wekker gezet naar een horloge dat verkeerd stond. Mis. Toch om zeven op, ontbijt en weg met een taxi (17 yuan) naar de

 Forbidden City
Vooraleer binnen te gaan werden we nog begeleid door drie giechelende meisjes die de moeite deden om ons over het Tien Anmenplein te leiden naar de Bank of China. Ze waren blij een paar woordjes Engels te kunnen spreken maar moesten zelf nog dikwijls de weg vragen.
We betaalden 40 yuan per persoon maar betaalden niet voor de Hall of Jewelry en de Hall of Clocks (20 extra yuan) omdat we in de Lonely Planet er niets over terug vonden en dus niet wisten of het wel de moeite loonde. Schitterend Paleiscomplex dat heel wat beter meeviel dan wat ik verwacht had. In Hué, Vietnam, had ik al eens een Forbidden City bezocht maar dat daar was maar een lilliputterbroertje van wat hier te zien valt. Dat bewijzen ook de horden volk die hier rondlopen.
Er zijn zodanig veel paleizen dat je denkt dat er geen einde aan komt. Ze zijn opgebouwd in een heel duidelijke geometrische structuur en lijken alleen oppervlakkig wat op elkaar. Elk hebben ze nochtans hun eigen accenten.

Daarna namen we een taxi naar het een half uur ver gelegen Summer Palace. Het kostte ons 43 Yuan om daar te geraken. Het verbale contact was heel miniem en we lieten ons afzetten aan de zuidwestelijke kant. Wisten wij veel op dat moment waar wij zaten. We aten een overheerlijke ter plaatse klaargemaakte omelet aan 2 yuan. Bleek dat we volledig aan de niet-toeristische kant zaten en dat we langs het meer moesten wandelen om aan onze bestemming (de paleizen, de marmeren boot...) te geraken. We startten om kwart na één, betaalden elk 30 Yuan en wandelden zeker anderhalf uur om aan de overkant te geraken. Langs wandelpaadjes en ontelbare paviljoentjes geraakten we uiteindelijk na een prachtige wandeling aan de overkant. Het Zomerpaleis zelf (toch de noordkant ervan) gelijkt een stuk op de Forbidden City en was dus niet echt iets nieuws voor ons maar het was toch een heel aangename, ontspannende en mooie namiddag.

Van daar uit namen we een taxi naar het centrum van Beijing en lieten ons afzetten aan de North Gate van het Beihai Park waar we een poging zouden doen om enkele hutongs te verkennen. Hutongs zijn de oude stadwijken die dreigen teloor te gaan door het bouwen van supermoderne buildings en appartementsgebouwen waardoor de Chinese hoofdstad meer op New York (dat van voor 11 september wel te verstaan) lijkt dan op een Aziatische stad. Jammer.
Ik wilde een poging doen om de hutongs te voet te doorkruisen en er gewoon een wandeling van te maken maar Katrien en Jaak zagen meer heil in een rit met een rickshaw. Ik legde me neer bij de numerieke meerderheid zodat we twee rickshaws huurden. Daarvoor betaalden we elk 60 yuan voor een uurtje. Tijdens de rit was er niet veel te zien en stapten we slechts nu en dan af. Het bezichtigen van één van de oude huizen zou het hoogtepunt van de trip moeten worden maar het werd een ontgoocheling. Het gebouw was oud, dat wel, maar er bleek helemaal niets te zien en van de typische indeling van de plaatsen zoals die zo plastisch in de Lonely Planet was beschreven zagen wij ook maar een fractie. Daarenboven troggelden ze ons nog elk eens 10 yuan af voor dat huis en je begrijpt mijn frustratie.

Om kwart na vijf vertrokken we dan maar te voet langs de Verboden Stad naar het centrum en het Tien Anmenplein om een poging te doen souvenirs te vinden. We vonden langs de weg en zelfs op het Tien Anmenplein niets dat de moeite was. We hielden een taxi aan en reden naar het hotel waar ik gelukkig iemand van Jinghua Hotel aan de lijn kreeg. Hij kon me melden dat er de volgende dag nog plaats was op de dagexcursie naar The Great Wall. Ik had het bijna opgegeven. Volgens onze reisgids zouden de trips ook te boeken zijn geweest in bureautjes rond het Tien Anmenplein maar die hadden wij niet gezien noch gevonden.

In de Pacific Store (als je ons hotel buitenkomt naar rechts) deden we enkele inkopen maar vonden ook daar geen souvenirs, alleen brood. In het grote vier- of vijfsterrenhotel Zhaolong kochten we een postzegel voor Katriens brief en wisselden we de ons resterende 22 US $. We gingen niet te laat slapen om het hoogtepunt van onze reis fris te kunnen aanpakken.

Forbidden CitySumer Palace brugOmelet in de maakPaviljoentje
 

Zondag 11 november 2001

We moesten vandaag weeral onze wekker zetten want tegen acht uur verwachtte men ons aan Jinghua Hotel. Het zag er op de kaart redelijk ver uit zodat we maar een taxi aanhielden en ons lieten voeren. Het Hotel ziet er verzorgd en proper uit en is zelfs nog iets goedkoper dan het onze en een stuk centraler gelegen. Hiervoor opteren zou dus waarschijnlijk wel een betere keuze zijn. Ik was gisteren vergeten te vragen naar welk stuk van de Muur we zouden gaan. Soit, we zien wel. Om halfnegen vertrokken we met twaalf man in een busje om rond half twaalf aan te komen in Simatai en we waren blij. Juist dit stuk hadden we willen uitkiezen omdat het nog het meest authentieke zou zijn. We betaalden ons toegangsgeld (elk 30 yuan) en hadden dan twee mogelijkheden. Ofwel ga je met de kabelbaan direkt naar boven en verken je de bovenste stukken van de Muur. Ofwel ga je te voet langs een bergpad naar boven en begin je de Muur als je boven komt.
We kozen de laatste optie en hadden eerst een mooie, warme wandeling voor de boeg. We deden er wel een tijdje over, de nodige fotostops inbegrepen.

Eenmaal aan de Muur begint het pas. Op dit stuk kun je ten hoogste 19 torens op- en afwandelen. Je loopt dus als het ware van toren naar toren. Je ziet de helft van de torens voor je ogen en denkt "Dat varkentje zullen we hier eens vlug wassen" maar dat is zonder de waard gerekend. We deden toch anderhalf uur over zeven torens ook omdat we, weeral, regelmatig stopten om te genieten. Het hoeft immers niet uit te draaien op een wedstrijd om ter meest torens, nietwaar. Vanaf de vierde toren waren er geen zijmuren meer en versmalde het pad. Op vijf haakte Katrien die sowieso al last heeft van hoogtevrees, geheel binnen de verwachtingen af. Ze was al verder geraakt dan ik voor mogelijk had gehouden. Jaak en ik klauterden nog tot aan nummer zeven waar hij het ook voor bekeken wilde houden. Het was daar prachtig en we wilden nog wat blijven maar we moesten op tijd (half drie) terug beneden zijn bij het busje. We waren daar ruimschoots op tijd en reden terug naar Beijing waar we om kwart voor zes arriveerden.
Vanavond (eten) en morgen (taxi, luchthaventaksen, souvenirs) hadden we nog wat geld maar we hadden helemaal niets meer. Gelukkig vonden we aan een Bank of China nog een ATM waar we voldoende yuans afhaalden om ons weer in belgië te krijgen.

taxi naar Tien Anmen, Lilichuian gezocht, niet gevonden

Restaurant met stoofpotjes (90 Y)

taxi naar Hotel

Hidden Tree Duvel gedronken

23 uur in bed

Wat een uitzichtVan op Toren 7Hoe typisch !!!

Maandag 12 november

Van de laatste dag valt niet veel meer te vertellen. We stonden om 6 uur op met de wekker, lieten ons met een taxi naar de luchtvane voeren en besteedden ons laatste geld aan souvenirs. Uren en uren later stonden we weer in Zaventem... Einde van het mooi verhaal...

 

 

1